‘Ik ga mijn naam zuiveren’

LISSE – De vrouw die beschuldigd werd van diefstal van 6.000 euro van de Dierenbescherming, afdeling Lisse/Hillegom, ontkent de aantijgingen. ‘Ik voel mij misbruikt. Ik ben gevraagd om bij de Dierenbescherming actief te worden voor het oplossen van diverse problemen en heb geholpen om het vorige bestuur weg te krijgen.’

De vrouw, V.v.d.B, laat weten: ‘Ik ben met de SP gestopt omdat het hoofdbureau van de Dierenbescherming mij had gevraagd te helpen. Men wilde af van het vorige bestuur; toen moest ik een coupe plegen om de andere bestuurder eruit te krijgen. Officieel mogen echtgenotes niet samen in een bestuur zitten als secretaris, penningmeester en voorzitter. Een deel van de eigen woning verhuurden ze aan de dierenbescherming en dat mag niet. Ik heb ervoor gezorgd dat ze ging aftreden: toen was de dierenbescherming van haar af. Ze heeft voor tonnen gefraudeerd, denk ik, al mag ik dat niet zeggen.’

Ze vervolgt: ‘Sjaak en ik waren daarna de bestuursleden. Er werd zo ontiegelijk aan mij getrokken en er werd zoveel druk op mij gezet. Ik liep met mijn onderbroek in de sloot om lammetjes te redden en in goed vertrouwen heb ik alle stukken, zoals verslagen en notulen, overgedragen. Ik voel me zwaar genaaid en ben heel erg verdrietig. Het is helemaal niet netjes zoals het gaat. De Dierenbescherming zelf had van Sjaak gehoord dat hij genaaid werd door het vorige bestuur, maar ze waren bang leden mis te lopen als zoiets in het nieuws zou komen.’

V.d.B ontving een brief van de advocaat van de Dierenbescherming, gedateerd 23 april 2009, maar ze koos er voor om niet te reageren: ‘Ik ben me toen echt rot geschrokken. Ik heb niets gedaan omdat ik wist dat de beschuldigingen niet kloppen.’ Na het krantenartikel van vorige week heeft ze actie ondernomen: ‘Ik heb een brief geschreven aan de heer Dorland met een kopie aan de advocaat. Daarin schrijf ik waarom ik niet heb gereageerd en dat ik alle stukken die ik in mijn bezit had, in goed vertrouwen heb teruggegeven. Ik kan me voor de kop slaan dat ik het niet eerder heb gedaan.’

Verbolgen: ‘Ik wil ook wel weten waar het verhaal van die 6.000 euro vandaan komt. Er zijn geen kasstukken in mijn bezit. Ze kunnen niet zomaar mijn naam in de krant gooien. Er werd zoveel druk op mij gezet en nu word ik verdacht gemaakt. Waar ze alles vandaan halen, ik heb geen flauwe notie.

Wat gaat u nu doen? ‘Ik wacht af, want ik heb geen idee. Ik heb dit nog nooit meegemaakt. Ik ga wel mijn naam zuiveren en die van mijn familie. Ik ga geen andere mensen beschuldigen: dat heeft geen zin. Het bericht van die 6.000 euro is niet op waarheid berust: ik vind het echt verschrikkelijk.’ U bent dus niet schuldig? ‘Ik ben de dupe van de omstandigheden.’