‘Holland Rijnland heeft geen zin van bestaan’

NOORDWIJK – ‘Met welke zaken moeten we ons toch gaan bezig houden?’ Deze prangende vraag stellen de bestuurders van de instantie Holland Rijnland zich. Dit bestuursorgaan werd enkele jaren geleden met name in het leven geroepen om te lobbyen voor extra overheidsgeld en voor een betere infrastructuur. Nu het zo goed als zeker is, dat de Rijnlandroute er komt en dat er een beter Openbaar Vervoersysteem komt (een opgepluste RijnGouweLijn), moet Holland Rijnland nieuwe doelstellingen gaan bedenken. Burgemeester Jan Pieter Lokker lichtte dit dilemma toe tijdens de vergadering van de commissie Regiozaken op donderdag 25 oktober.

Hij informeerde dat in mei een bestuurlijke conferentie heeft plaatsgevonden, waarbij de deelnemers zich richtten op de vraag: ‘Wat nu? Waartoe is Holland Rijnland op aarde?’ Afgesproken was om een overzicht te maken van nieuwe uitdagingen, die sommige gemeenten niet zelfstandig kunnen oplossen. De burgemeester bekritiseerd de rol van de provincie Zuid-Holland: ‘De provincie is praktisch onzichtbaar. Dat is tragisch, vind ik zelf. Ik hoop dat de provincie bij de samenwerking die we zoeken toch op enige manier faciliterend wil zijn.’ De drie burgemeesters van Leiden, Alphen en Katwijk moeten een plan van aanpak opstellen voor heel Holland Rijnland. Lokker: ‘Ze gaan echt verzinnen over welke onderwerpen Holland Rijnland om de tafel gaan zitten.’

De burgemeester lijkt al enigszins op de hoogte te zijn van de conclusies uit dat plan van aanpak, zo bleek toen hij vertelde: ‘We moeten veel meer in netwerken gaan denken, zoals het space cluster, waarbij Delft, Noordwijk en Leiden samenwerken.’ Ook de Greenport Duin- en Bollenstreek moet samenwerken met andere greenports om te komen tot één groot bondgenootschap. ‘Het zelfde geldt voor de congresmarkt. De fysieke grenzen zullen er niet meer zo toe doen. Er zullen veel meer virtuele samenwerkingsconstructies zijn.’

Op de vraag van commissielid Mulder (Puur Noordwijk) hoe het zit met de onderhandelingspositie van Holland Rijnland ten opzichte van steden als Amsterdam, Den Haag en Rotterdam, kweekte Lokker geen illusies. ‘De regio is eigenlijk te klein om iets te kunnen zeggen. Vaak gaan discussies over klein bier, zoals een veerpontje. Je moet één punt op tafel brengen en daar voor gaan; dan maak je meer kans om iets te bereiken.’

Lokker vindt het logisch dat Holland Rijnland over zichzelf nadenkt. ‘Je moet niet ins blaue hinein wat gaan verzinnen. Als er niets is, moet je jezelf opheffen. Maar het is logisch dat je gaat bekijken wat de bestuurlijke meerwaarde is van het Holland Rijnland verband. Gaat dat ook over de groene waarden en welke stappen ga je dan zetten?’ Commissielid De Boer vond dat de oplossing simpel was: ‘De Boer (CDA): Als je moet gaan praten over de zin van je bestaan, heb je überhaupt geen zin van bestaan.’