Inspreekster hekelt ‘onzinnige plannen’

LEIMUIDEN – De politieke plannen voor het realiseren van het bedrijventerrein Drechthoek II leidde tot felle kritiek van inwoonster Van Puffelen. Zij hield maandag 22 april tijdens de politieke ronde een fel betoog tegen de komst van dit bedrijventerrein en beschuldigde de gehele politiek van íncompetentie’.

Ze stelde:  ‘Is het gemeentebestur bekend dat we al jarenlang een crisis hebben en lezen ze wel kranten? Er is een gigantisch overschot aan kantoren en bedrijfshallen. Leimuiden grenst aan de Haarlemmermeer met grote bedrijfsterreinen in Nieuw Vennep, Hoofddorp en Schiphol en daar staat al voldoende leeg. Wie geen rekening met deze leegstand wenst te houden, toont aan niet competent te zjin of bewust te manipuleren. De bewoners van Leimuiden willen geen uitbreiding van het bedrijventerrein, maar een fatsoenlijk dorpshart. Als daar geen geld voor is, bezuinig dan op het aantal wethouders, gemeentelijke plannenmakers  en externe adviesbureau’s.’

De politici waren niet blij met deze inspraak. Tegen Van Puffelen werd gezegd dat zij niet namens het dorp sprak. Commissielid Job Grovenstein (CDA) liet weten: ‘In dit gemeentehuis maken we ons ook zorgen om de manier waarop de zaken ingevuld gaan worden. We werken er hard aan om daar succes in te krijgen. Maar u zult geduld moeten hebben.’ Fractievoorzitter Yvonne Peters (VVD) informeerde dat deskundigen geadviseerd hebben, dat de bedrijventerreinen gevuld gaan worden. We lopen achter het verkeerde sentiment aan, als we nu besluiten om het niet meer te doen, terwijl onderzoek aanwijst dat hier wel ruimte voor is.’ Ook commissielid Piet van Veen (PvdA) was kritisch op de inspreekster: ‘Ik vind het veel te ver gaan om het college af te schilderen als mensen zonder gezond verstand, die alleen maar manipuleren.’ Alleen Hans Nicola (Samen voor Kaag en Braassem) nam het voor de inspreekster op: ‘We zijn het eens met Van Puffelen. We zijn kritisch geweest over de noodzaak van Drechthoek II,  hebben ons wel laten overtuigen, maar de omstandigheden zijn behoorlijk gewijzigd. Ik vraag me af of Drechthoek II wel zo noodzakelijk is.’