KAAG EN BRAASSEM – Wat moet je doen met de
beschermde vleermuizen, op het moment dat een gebouw gesloopt mag worden?
Hiervoor zijn duidelijke richtlijnen opgesteld in de omgevingsvergunning waar
de gemeente gebruik van maakt.
De sloopwerkzaamheden moeten dan uitgevoerd worden na de paarperiode van de
vleermuizen, maar vóór de kwetsbare winterperiode van oktober tot en met maart.
De kwetsbare periode kan wijzigen als gevolg van klimatologische omstandigheden
en wordt afgestemd met een deskundige op het gebied van vleermuizen.
De oorspronkelijke verblijfplaats moet minimaal vijf dagen voorafgaand aan
de daadwerkelijke sloopwerkzaamheden ongeschikt gemaakt worden voor
vleermuizen. De avondtemperatuur moet hierbij minimaal 10°C zijn. Die
oorspronkelijke verblijfplaatsen moeten ook ongeschikt gemaakt worden door het
creëren van tocht door het maken van tochtgaten in het gebouw. Na het
ongeschikt maken wordt door middel van een vleermuisinventarisatie in de
avondschemering gecontroleerd of de gewone dwergvleermuis het gebouw verlaten
heeft. Indien exemplaren van de gewone dwergvleermuis aangetroffen worden
moeten de werkzaamheden uitgesteld worden tot het moment dat de gewone
dwergvleermuis uit eigen beweging het gebouw verlaten heeft. Ook moeten de verdwenen vleermuisrustplaatsen
gecompenseerd worden. In de nieuwbouw moeten vier permanente
vleermuisvoorzieningen in de vorm van inbouwkasten aangebracht worden op
daartoe geschikte locaties. De werkzaamheden moeten worden uitgevoerd onder
begeleiding van een deskundige op het gebied van de gewone dwergvleermuis.
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home