Blijven bikkelen

JOEP DERKSEN

LISSE – De woningbouwcorporaties zijn rijker dan gedacht, zo meldde de NOS dinsdag 24 februari. Maar hoe zit het dan met STEK? De afgelopen jaren zijn de huurprijzen flink gestegen; groeien hierdoor de reserves? En als dat zo is, gaat Stek dan de huurverhogingen (deels) terugdraaien? Of gaat Stek meer investeren in de bestaande huizen, danwel meer sociale woningen bouwen? Directeur Hans Al reageert op deze vragen.

‘Het vermogen waarover woningcorporaties beschikken is geen tastbaar kapitaal, het is geen geld dat op een bankrekening staat of in de kluis in de kelder bij een woningcorporaties ligt. Het vermogen wordt bepaald door een rekensom waarbij  alle verwachte kosten en verwachte opbrengsten in de toekomst worden berekend en waarvan de waarde op dit moment wordt bepaald.’ Nieuwe regels zorgen er voor, dat de waarde van de woningen op papier stijgt. Al: ‘Het vermogen is dus een getal in de jaarrekening en in de meerjarenbegrotingen waarbij de toekomst van grote invloed heeft op het realiseren ervan.’

Daar  komt ook nog eens de verhuurdersheffing bovenop; Stek moet dit jaar 5 miljoen euro afdragen aan de rijksoverheid en vanaf 2016 is Stek jaarlijks 7 miljoen euro kwijt aan deze verhuurdersheffing. Al laat weten dat zijn organisatie al jaren bezig is om de uitgaven  te verminderen: het kantoor in Hillegom is gesloten en op leefbaarheid en onderhoudskosten wordt tot 20% gekort. Ook gaat Stek veel minder nieuwe woningen bouwen; dat aantal wordt meer dan gehalveeerd tot 450 huizen en appartementen.

Al: ‘Daarnaast dragen de goede corporaties bij aan het falen van anderen. De bekende Vestia-affaire heeft de overheid niks gekost, wel hebben alle corporaties met elkaar rond de 800 miljoen opgebracht om een deel van het probleem dat door Vestia is veroorzaakt, op te lossen. De mogelijke bijdrage aan falende collega’s is de afgelopen jaren verhoogd en dus bereiden corporaties zich hierop voor. Als er straks weer een probleem bij een collega ontstaat dan moeten we nog meer bijdragen. Dat mag niet ten kosten gaan van onze eigen financiële situatie en dus willen we een hoger vermogen hebben.’ Hij besluit: ‘We houden de financiën scherp in de gaten en als blijkt dat er een bestendige overmaat is, dan zal zeker gekeken worden of het beleid moeten heroverwogen en er gekeken kan worden naar een ander huurbeleid of investeringsbeleid.’