Gemeente vist achter het net

JOEP DERKSEN

KAAG EN BRAASSEM – Van een kale kip kun je niet plukken. Deze levenswijsheid houdt het college van burgemeester en wethouders aan, waar het gaat om het niet langer eisen van een dwangsom op een failliet bedrijf. Wethouder Harry van Schooten liet donderdag 12 maart weten: ‘Het heeft geen zin om door te gaan. Het kost allen maar geld.’

Het bedrijf had van de gemeente de opdracht gekregen om slooppuin, opstallen en wegverhardingen te verwijderen. Hierover zijn meerdere rechtszaken geweest tussen de bedrijfseigenaar en de gemeente, die de eigenaar uiteindelijk verloor. Twee jaar geleden veroordeelde de rechtbank in Den Haag de onderneming. De schuur moest weg, of het bedrijf zou een dwangsom krijgen van 30.000 euro. Ook moest het bedrijf boetse betalen ter hoogte van 125.000 euro. Daar bovenop kwam nog eens een dwangsom van 30.000 euro voor het niet verwijderen van het sloopafval en de verhardingen.

De eigenaar koos uiteindelijk eieren voor zijn geld en verwijderde, volgens de gemeente ‘na heel veel  trammelant’, alle opstallen en het slooppuin. Alleen is een deel van de verharding nooit verwijderd. De gemeente probeert al jaren om ruim 175.000 euro te innen bij dit failliete bedrijf, want de boete en de dwangsom voor de verhardingen zijn nooit betaald. En daar komen de incassokosten nog eens bovenop. Inmiddels zijn alle eigendommen van het bedrijf via een executieveiling verkocht, maar de opbrengsten daarvan zijn naar andere schuldeisers gegaan. De gemeente vist hierbij achter het net. Deze zaak heeft wel tot een leermoment geleid bij de gemeente, zo blijkt uit ambtelijke stukken. ‘Voortaan dient de directeur van een rechtspersoon bij de ondertekening van een privaatrechtelijke overeenkomst, ook in privé (als privépersoon, JD) de overeenkomst te ondertekenen. Hierdoor gelden de verplichtingen ook voor hem persoonlijk.’