Schuld omhoog en extra precariobelasting

JOEP DERKSEN

OEGSTGEEST – De gemeentelijke schuld stijgt met 2,3 miljoen euro naar 88 miljoen euro. Maar het college van burgemeester en wethouders heeft er alle vertrouwen in, dat die schuld in 2020 is teruggedrongen tot 45 miljoen euro. ‘En zo’n schuldpositie is heel normaal voor een gemeente als Oegstgeest’, zo liet wethouder Wendelien Tönjann (VVD) vorige week weten tijdens de presentatie van de Perspectiefnota.

Maar voordat al het benodigde onroerend goed hiervoor verkocht is, moet er nog van alle kanten beknibbeld en bezuinigd worden. Dit keer wordt dat niet gedaan door een directe lastenverhoging, maar de inwoners merken het uiteindelijk wel in hun portemonnee. Het college heeft namelijk besloten om de precariobelasting (op kabels en leidingen, JD) te verhogen. Deze belasting wordt uiteindelijk doorberekend aan de inwoners. Hierdoor komen er per jaar grote sommen aan geld binnen bij de gemeente. Volgend jaar is dat al 130.000 euro en in de jaren daarna kan de gemeente 220.000 euro extra aan inkomsten verwachten,

De stijging van de gemeentelijke schuld is volgens wethouder Marien den Boer (CDA) vooral te wijten aan ambitie-investeringen, zoals het opknappen van het gemeentehuis, de brug Poelgeest  en de Leo Kannerschool. ‘En daar hebben we wel financiering voor nodig’, aldus Den Boer. Hij heeft er alle vertrouwen in, dat er steeds meer controle is over de financiën. Over het gemeentehuis: ‘De kans dat we het gemeentehuis succesvol verkopen is niet realistisch.’

Maar uitdagingen zijn er genoeg. Zo is er niet genoeg geld beschikbaar om het onderhoud van de openbare ruimte in de hele gemeente op het basisniveau te houden. Daarom strekt het college de armen hulpbehoevend uit naar de inwoners en wordt gehoopt dat zij vrijwillig willen helpen om de omgeving schoon danwel onkruidvrij te houden. Wethouder Jos Roeffen (LO) weigert te zeggen dat de inwoners moeten schoffelen, maar laat wel weten: ‘We gaan met de samenleving in gesprek om tot zelfbeheer over te gaan. Als mensen iets mooiers willen, dan vragen we wat zij bereid zijn hier zelf aan te doen.’ De perspectiefnota wordt op donderdag 25 juni besproken door de politiek, waarna deze op 2 juli wordt vastgesteld.