Verburg stelt vragen bij actie wethouder Kippers

Lisse – Fractievoorzitter Cees Verburg (D66) stelde zich tijdens de presidiumvergadering van maandag 2 april zeer kritisch op tegenover het college en wilde verduidelijking hebben over een telefoontje van wethouder Jan Kippers (CDA) aan Jos Wienen, gedeputeerde van het dagelijks bestuur van Holland Rijnland.

Door Joep Derksen

Om meer inzicht te krijgen in de regionale Woonvisie voor de te bouwen woningen in de periode 2010 – 2019 wilden D66 en andere politieke partijen de verantwoordelijk portefeuillehouder Ruimte van Holland Rijnland, Jos Wienen, uitnodigen om mee te werken aan een presentatie ver dit onderwerp en aansluitend vragen van de raadsleden te beantwoorden. Dit zou plaatsvinden op woensdag 11 april, in een gezamenlijke vergadering van de commissies Ruimte & Infrastructuur en Maatschappij & Financiën.

Twee weken geleden meldde Wienen zich echter af, aangezien hij ‘was benaderd door wethouder Kippers, waarbij hem duidelijk was geworden dat zijn medewerking niet in het belang was van de bestuurlijke verhoudingen tussen het DB Holland Rijnland en het college van Lisse.’ Verburg: ‘De boodschap was mij duidelijk en ik heb alle begrip richting de heer Wienen.’

Ongewenst

Minder begrip heeft Verburg echter voor wethouder Kippers: ‘Het college is kennelijk van mening, dat het bestuurlijke orgaan Holland Rijnland slechts ten dienste mag staan van de raad op verzoek van datzelfde college, dus wanneer het hen uitkomt. Dat lijkt mij niet juist en een bijzonder ongewenst uitgangspunt. Ik wil een nadere verklaring van dit college en zal me dan beraden op verder te ondernemen stappen.’

Wethouder Kippers was tijdens de presidiumvergadering niet aanwezig, maar zijn collega Adri de Roon (D66) nam voor hem de honneurs waar. De Roon is ook lid van het dagelijks bestuur van Holland Rijnland en in die functie beantwoordde hij de vragen van Verburg: ‘De vergadering van 11 april paste niet in de agenda van de heer Wienen. Ook willen we ons als leden van het dagelijks bestuur niet mengen in de discussie tussen colleges en gemeenteraden.’

Verburg vond dit antwoord niet aannemelijk: ‘Ik vind het curieus. Jos Wienen was vrij, want we hebben een gezamenlijke vergadering van twee commissies gepland op een datum die hem uitkwam. Het presidium heeft unaniem gevraagd om zijn aanwezigheid als gezaghebbend bestuurder die een puur inhoudelijke toelichting kan geven. Dit is ons nu niet gegund door een telefoontje van een wethouder.’

Minder prettig gevoel

De D66-fractievoorzitter haalde een glas water voor hij verder ging: ‘Deze zaak geeft mij een minder prettig gevoel: het democratische aspect is hierbij aan de orde. Het presidium bepaalde dat de komst van Wienen gewenst is en het college heeft ons deze kans ontnomen.’ Hij stelde de retorische vraag: ‘Mag een bestuurder alleen ter beschikking staan van het college van Lisse?’ De Roon antwoordde: ‘Ook programmamedewerkers van Holland Rijnland kunnen inhoudelijke vragen beantwoorden. Het zou wat zijn als de HR bestuurders constant in twaalf of zestien gemeenten moeten komen opdraven omdat de gemeenteraad dat wil.’

Verburg besloot: ‘Ik blijf erbij dat de schijn blijft hangen dat het college de heer Wienen niet bij de bijeenkomst wilde hebben.’ Hij kreeg steun van Hans Bet (PvdA): Het verbaast me dat wij als presidium Jos Wienen uitnodigen en dat wethouder Kippers heeft laten merken dat hij dit niet wenselijk vond, zonder ons hierover te informeren.’ D66 zal schriftelijke vragen aan het college stellen over dit onderwerp.