Raad ziet Dever-Zuid als geschikt bedrijventerrein

LISSE – Het gebied Dever Zuid wordt toch een bedrijventerrein, ondanks felle protesten van omwonenden en enkele politieke partijen. Zelfs een dappere poging van omwonende Kees Horsman kon de politici niet overtuigen. Diens plan voor 123 woningen op Dever Zuid had wat de meerderheid van de raadsleden betrof, te veel haken en ogen.

Fractievoorzitter Willem Loos (VVD) verwoordde het als volgt: ‘Bij Dever Zuid is het groen en we begrijpen dat daar veel commotie over is. We achten dit gebied niet geschikt voor woningbouw: het gebied ligt te geisoleerd van andere woninglocaties en kan niet goed ontsloten worden. Het meest acceptabel is het hele gebied groen te behouden, maar dat kunnen we niet verantwoorden, want alle door de gemeente geinvesteerde miljoenen om dit gebied aan te kopen, kunnen we niet laten liggen.’

Raadslid Frans Vroomans (CDA) ergerde zich aan de constante stroom van nieuwe informatie die zijn partij ontving van wethouder Guus Mesman (PvdA): ‘Visie en feiten spreken elkaar te vaak tegen en worden onjuist en onvolledig verdedigd. Met name geldt dit voor het college. De tijd om alles goed af te wegen is ons niet gegund en we stemmen tegen dit voorstel wanneer de wethouder dit voorstel in stemming brengt.

Fractievoorzitter Marius Nieuwenhuis (SGP/ChristenUnie): We kunnen niet instemmen met dit onderdeel van het bestemmingsplan. We moeten niet ons groene hart verkwanselen en een natuurlijke groene buffer tussen wonen en werken zal een waardevol bezit blijken te zijn voor toekomstige generaties.’ Raadslid Ed Takken (D66) deelde deze mening niet: ‘De enige realistische optie is een uitbreiding van het bedrijventerrein, waarbij we ons moeten inspannen om zorg te dragen voor kwalitatieve bedrijvenbouw.’

Raadslid Dolf Kistemaker (PvdA) steunde zijn wethouder: ‘Het college speelt goed in op de situatie dat regionaal nog behoefte is aan 40 hectare nieuwe bedrijventerreinen. Het verzet van bewoners van ‘t Lange Rack kon worden verwacht, maar het belang van werkgelegenheid prevaleert boven het belang van de directe omwonenden.’