Beuk ziet zich gedwongen OV-activiteiten af te stoten

‘Er is geen ruimte meer voor kleinere spelers’

NOORDWIJK – Beuk Lines, een onderdeel van Koninklijke Beuk, stopt op maandag 10 december met haar openbaar vervoeractiviteiten voor de twee dagelijks spitslijnen, Beuk Lines 205 en 206. Deze lijnen worden gecontinueerd door Connexxion, als spitslijnen 207 en 208. De vaste passagiers van Beuk werden hier vorige week over geinformeerd.

Door Joep Derksen

Koninklijke Beuk B.V. is zeer ontevreden over de wijze waarop de overheid de concessiegebieden voor het openbaar vervoer verdeelt, zo blijkt uit een brief, ondertekend door Eduard Vermolen, Planner, die de reizigers ontvingen. In deze brief staat onder meer: “Na een periode van 17 jaar, waarin Beuk actief is geweest op het gebied van openbaar vervoer, laat de wet- en regelgeving omtrent het aanbesteden van openbaar vervoer concessies geen ruimte meer voor de relatief kleinere spelers op die markt. Eind jaren ’80 heeft de overheid vastgesteld dat juist die kleinere spelers in de markt een kans moeten krijgen op concessiegebieden, teneinde een gezonde concurrentie te verkrijgen. Maar die gezonde concurrentie is nooit van de grond gekomen en de wettelijk bepaalde regels blijken in de praktijk geen invulling te krijgen.”

De brief gaat verder: “Hoewel Koninklijke Beuk als particulier Besloten Vervoersmaatschappij een van de grootste bedrijven van Nederland is, vormt Beuk als Openbaar Vervoersmaatschappij met haar twee dagelijkse spitslijnen geen partij waar een concessiegebied in z’n geheel aan gegund zal worden. Om die reden heeft het geen enkele zin om in te schrijven op deze Europese aanbestedingen. Wij spreken de wens uit dat wij weer actief zullen worden op het gebied van openvaar vervoer op het moment dat de marktwerking in het openbaar vervoer het ook voor particuliere bedrijven weer toelaat.”

Oneerlijke concurrentie

In een telefonische reactie vertelt Vermolen: “Nederland is onderverdeeld in bepaalde concessiegebieden, zodat alle partijen toegang tot de openbaar vervoersmarkt krijgen. Maar deze concessiegebieden zijn zo enorm groot dat de kleinere bedrijven sowieso al afvielen om daaraan mee te doen. Een concessiegebied is vaak een complete provincie en dan vallen de kleineren automatisch af. Sinds eind jaren ’80 hebben we de routes Amstelland – Meerlanden en Schiphol – Leiden gereden. De afgelopen twee jaar hebben we, niet helemaal officieel, onder een lijnconcessie gereden en we doen niet meer mee met de aanbesteding. Om hier de dingen waar te maken moeten we een nieuwe bedrijf opzetten en dat is niet mogelijk, want de eisen zijn enorm. Zo moeten we allemaal laagvloerse bussen hebben, GPS-verbindingen en alle bussen moeten rolstoeltoegankelijk zijn. We zouden dus een compleet nieuw wagenpark moeten aanschaffen omdat we alleen maar touringcars hebben. Dus dit is gewoon oneerlijke concurrentie waar wij onder te lijden hebben.”

Wat moet er veranderd worden om Koninklijke Beuk en andere kleinere aanbieders weer te laten deelnemen aan Europese aanbestedingen? Vermolen is hier duidelijk in: “De overheid moet lijnconcessies invoeren of zorg dragen voor kleinere concessiegebieden. We hebben hier al meerdere malen over gesproken met de Provincie, maar zij bepalen het beleid niet, dat doet het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.”

Geen ontslagen

Vallen er ontslagen? “Nee hoor, zo groot was de afdeling Beuk Lines niet. We houden onze ogen en oren open en wanneer we mee kunnen werken aan een openbaar vervoer lijn zullen we het zeker doen. De bussen waren echte spitslijnen en vervallen gewoon, maar we hebben recent ook goed nieuws gehoord. Vorige week hebben we een andere openbare aanbesteding binnen gehaald en wel van de MareGroep. We gaan hun personeel vervoeren van Katwijk naar Voorhout en weer terug.”

Hij besluit: “Eind jaren ‘80 hebben we de Beuk Lines gestart. Door de regeling van de overheid wordt gezegd: tot hier en niet verder en dat is heel erg jammer. We hebben er heel veel aan gedaan om die lijnconcessies te behouden. Maar de overheid zegt: ‘dat mag niet’ en als klein OV-bedrijf is het hebben van een spitslijn dan niet haalbaar.”