‘De gemeente helpt onze zaak de vernieling in’

Eigenaar De Kroeg luidt noodklok

LISSE – ‘Ik moet me veel strenger aan de regels houden dan mijn collega-ondernemers. Constant worden nieuwe regels bedacht waar de horeca zich aan moet houden.’ Het zit Sabine van Hal, eigenaar van Café ‘De Kroeg’ zeer hoog: ze heeft haar zaak al eens een uitgaansweekend op last van de gemeente om 01:00 uur moeten sluiten en het college van burgemeester en wethouders dreigde haar met een dwangsom. Een nieuwe ontwikkeling die Van Hal zeer onrechtvaardig vindt, is een brief van de gemeente waarin staat dat bezoekers van haar café buiten roken.

Van Hal: ‘Ik zie mijn zaak onder mijn handen kapot gaan. Ik ben nooit een voorstander geweest van de proef met de sluitingstijden, maar als ik het convenant niet zou ondertekenen, had ik steeds om 01:00 uur dicht gemoeten. Het gevolg is dat de mensen nu steeds later uitgaan en dat er kort voor 01:00 uur een stormloop is om bij de horecaondernemingen naar binnen te gaan. Hierdoor ontstaat de gezelligheid en drukte ook steeds later. We gaan nu vanaf 18:00 uur open in plaats van 16:00 uur en de eerste uren heb je in feite niets meer te doen. Daar komt bij dat de regel om de horecadeuren om 01:00 uur te sluiten mij een avondklokgevoel geeft. ’

Op 18 oktober ontving Van Hal een brief, ondertekend door het hoofd van de afdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken van de gemeente. Hierin stond onder meer: ‘Onlangs heb ik klachten ontvangen over uw horecabedrijf over het gebruik van uw terras en overlast van uw bezoekers die voor uw deur staan te drinken en te roken en zich luidruchtig uitlaten. Ik verzoek u dringend hier actie op te ondernemen. Uw terrasvergunning voor dit jaar is op 15 oktober verlopen. Wellicht zullen bezoekers aan uw horecabedrijf in verband met het rookverbod buiten gaan staan en hierbij hun drankje meenemen. Ik verzoek u dit te voorkomen alsmede ook om het roken op het buitenverblijf zo beperkt mogelijk te houden. Mocht u geen gehoor geven aan dit verzoek, dan overweeg ik bestuursrechtelijke maatregelen aan de burgemeester voor te leggen.’

Van Hal is furieus: ‘Geluidsoverlast bij horeca is onvermijdelijk en wij hebben één notoire belster die altijd met de beschuldigende vinger naar ons wijst. Het meest kwaad ben ik nog over het terrassenbeleid: op 6 juli 2006 is mij toegezegd dat ik een permanente terrasvergunning kreeg en dat recht is ons afgenomen. Ik heb het gevoel dat de gemeente mij aan het wegpesten is.’

‘Bepaalde regels moeten er natuurlijk zijn, maar hoe ik het ook doe, volgens de gemeente is het altijd fout. Ik kan hierdoor mijn werk niet fatsoenlijk doen. De mensen komen hier na een drukke werkweek om zich lekker te ontspannen en als ze dan vanwege het rookverbod in de horeca buiten een sigaretje genieten, moet ik constant politieagentje spelen en tegen ze zeggen dat ze zachter moeten praten en niet mogen lachen. Op deze manier wordt het ondernemen je onmogelijk gemaakt. De regels spreken elkaar tegen: je moet naar buiten om te roken, maar buiten moet het roken zo beperkt mogelijk gehouden worden. Ook de toezegging van de permanente terrasvergunning in 2006 is weer ingetrokken. De gemeente verschuilt zich achter de regeltjes: op deze manier gaat mijn zaak naar de kl.te en worden alle vrijheden die onze voorouders verwierven van ons afgenomen.’