Middeleeuwse kelder en 17de eeuwse vloer ontdekt in Voorstraat-woning
Door Joep Derksen
Van de buitenkant lijkt het pand nog niet eens zo bijzonder. Het is een ogenschijnlijk vroeg-20ste eeuws pand. Dat is te wijten aan de verbouwing van de gevel die rond 1910 heeft plaatsgevonden. Maar in feite stamt dit pand in de huidige vorm al uit de 17de eeuw. Indertijd zijn drie afzonderlijke, hoogstwaarschijnlijk middeleeuwse, pandjes aaneengesloten t-ot een woning, zo vermoedt Van Dam. Hij geniet volop van deze nieuwe ontdekking. Eerder was hij al meerdere malen langs dit pand gelopen, maar had niet vermoed welke bouwhistorische schatten verborgen lagen achter de toch weinig aantrekkelijke gevel.
Hij vertelt: “Noordwijk-Binnen is het oudste deel van Noordwijk en de Voorstraat is de oudste weg van dit dorp. Het huidige Lindenplein is het oude, Middeleeuwse marktveld. In 16523 werden drie pandjes samengetrokken tot dit pand. Dat vermoed ik omdat de interne structuur dateert van oudere tijden; zo rond de 154de eeuw. De kelder die hier aanwezig is, is overduidelijk een middeleeuwse kelder.” Hij neemt de journalist mee naar beneden en toont het tongewelf. Aan de zijkanten hebben de kaarsnisjes overduidelijke gotische profielen, wat inderdaad aantoont dat hier sprake is van een 15de eeuwse kelder.
Draagbalk
Van Dam laat enthousiast de rest van het huis zien: “Het lijkt een normaal pand, maar toen ik binnenkwam was het voor mij meteen bingo. Ik zag een zes meter lange draagbalk die tijdens een grote verbouwing in de 17de eeuw moet zijn geplaatst. Ook trof ik de vloer van de eerste verdieping uit diezelfde tijd nog aan. Dat verwacht je niet, want aangezien dit pand rond 1910 opnieuw is gerestaureerd, zou dit normaliter weggehaald zijn. Maar soms heb je het geluk dat de toenmalige eigenaren te weinig geld hadden; hierdoor is de historisch waardevolle 17de eeuwse vloer bewaard gebleven.”
Aannemer Richard van Triest schakelt de bouwhistoricus af en toe in op het moment dat hij bij zijn werkzaamheden bijzondere zaken tegenkomt. “Aan de gevel kun je het niet zien; je krijgt er geen tranen van in de ogen. De voorkant van dit pand had haast niet lelijker gekund. Maar de waarde van dit pand zit in de muren.” Van Dam kijkt om zich heen: “Dit pand is geen rijksmonument of gemeentelijk monument, maar je ziet hier van alles uit de periode van de 15de eeuw tot aan 1910. Als er een gemeentelijke monumentenlijst zou zijn in Noordwijk, dan is dit pand een interessante kandidaat voor zo’n lijst. Ik vind dit een van de leukste pandjes die ik tot nu toe heb gezien. Overigens is de monumentenlijst bouwhistorische verwachtingskaart zo goed als klaar; samen met de al bekende Rijksmonumenten, en de geïnventariseerde panden zijn er aardig wat panden aan het licht gekomen die mogelijk een interessante bouwhistorische geschiedenis kunnen hebbenzo’n 120 panden op vermeld.” “Het is trouwens een goed initiatief van de gemeente een dergelijke kaart op te laten stellen. De kans dat belangrijke historische informatie uit het gebouwde archief verdwijnt is nu aanmerkelijk kleiner. Dit in tegenstelling tot nog maar kort geleden.”
Van Dam vervolgt: “Er is in opdracht van de Gemeente door de stichting Dorp, Stad en Land (SDSL) en het Erfgoedhuis Zuid-Holland (EZH) een inventarisatie uitgevoerd waaruit zo'n 120 panden en objecten (beelden, gedenktekens en begraafplaatsen) uit voortgekomen zijn. Deze panden zijn met name geselecteerd op basis van de architectuur. De lijst zal binnenkort als gemeentelijke monumentenlijst vastgesteld worden. In opdracht van de gemeente heb ik, als medewerker van BAAC bv, panden of resten daarvan in kaart gebracht, die bouwhistorisch interessant kunnen zijn. Dat zijn dus met name panden zoals Voorstraat 54 die op zich een niet zo´n sprekende, of verminkte, architectuur hebben, maar nog wel een oude kelder/kapconstructie/balklagen enzovoort hebben. Een deel is gebaseerd op concrete waarnemingen (bezoek te plekke), een deel is gebaseerd op vermoedens die wel gestaafd zijn op basis van bouwhistorische kenmerken. De panden die door SDSL en EZH zij geïnventariseerd heb ik niet bezocht. Ik heb ze uiteraard wel meegenomen in mijn lijst omdat het interessante panden zijn. Het is niet ondenkbaar dat een pand dat destijds niet door SDSL en EZH als “monumentwaardig” is aangemerkt op basis van bouwhistorisch onderzoek wel degelijk monumentwaardig blijkt te zijn. Met Voorstraat 54 als mooi voorbeeld.”
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home