Dé lokale en regionale nieuwssite

Beste bezoeker, Als journalist schrijf ik over actuele zaken. Deze blog heeft al miljoenen bezoekers verwelkomd. Hier vindt u alle, ruim 26.800, gepubliceerde artikelen, verschenen in landelijke, regionale en lokale dag- en weekbladen en magazines. Veel leesplezier! Mocht u onderwerpen aan de kaak willen stellen, neemt u dan contact met mij op: info@writing4u.nl. Foto's kunnen, tegen vergoeding, besteld worden via dit emailadres.

22 oktober 2010

“Ik leen me niet voor verkeerde wederdiensten”

STREEK – Vechtsporten zitten in Nederland in het verdomhoekje. Onder meer de burgemeester van Amsterdam, Van der Laan, noemde deze wedstrijden “netwerkbijeenkomsten van de georganiseerde misdaad”. Dit soort uitspraken irriteren Mooijekind.

Hij legt de vergelijking met het voetbal; volkssport nummer één: “Zit er bij Ajax-Feyenoord geen crimineel in het publiek? Heeft de Georgiër Merab Zjordania die Vitesse heeft overgenomen zijn geld op een eerlijke manier verdiend? Voetbal is een volkssport en daar mag je niet aankomen. Natuurlijk zitten er criminelen bij de vechtsportwedstrijden, maar pak hen aan en niet onze sport.”

Mooijekind heeft zelf geen ervaringen met de duistere kant van de sport: “Ik doe mijn ding en vind mijn sport te mooi om er foute zaken aan te verbinden. Als je wat aanneemt, moeten ze altijd wat van je terug hebben. Ik leen me niet voor verkeerde wederdiensten.”

De sport heeft hem veel gebracht: “Ik was heel verlegen als jongen en ultra-introvert. Die verlegenheid is nu weg: mentaal ben ik sterk en door mijn fysieke uitstraling heb ik ook veel zelf vertrouwen. Zonder problemen geef ik les aan grote groepen mensen. Het is goed dat de jeugd deze sport leert; want ze krijgen hier doorzettingsvermogen en discipline van. ‘Binkies’ hebben deze sportoefeningen niet nodig, maar juist de onzekere mensen krijgen een stukje zelfvertrouwen. Als je deze sport beheerst, straal je het ook uit. Net als mijn trainer voor mij, neem ik de jongens en meisjes onder mijn hoede en probeer hen als een tweede vader te behandelen.”