Dé lokale en regionale nieuwssite

Als journalist schrijf ik over actuele zaken. Ook zijn ruim 80 boeken van mij gepubliceerd. Deze blog heeft al miljoenen bezoekers verwelkomd. Hier vindt u alle, ruim 26.900, gepubliceerde artikelen, verschenen in landelijke, regionale en lokale dag- en weekbladen en magazines. Mocht u onderwerpen aan de kaak willen stellen, neemt u dan contact met mij op: info@writing4u.nl. Foto's kunnen, tegen vergoeding, besteld worden via dit emailadres.

03 november 2010

“Het past een sociale woningcorporatie niet om dat soort bedragen te betalen”

SASSENHEIM – “Wij gaan in beroep!” Duidelijker kan Johan van Buren, Manager van Woonstichting Vooruitgang, het niet maken dat zijn organisatie het absoluut oneens is met de uitspraak van de Raad van Arbitrage. “Het is niet zo dat we niet willen betalen, maar niet het bedrag dat wordt geëist. Er is verschil tussen de wijze waarop de koopakte wordt uitgelegd. De tegenpartij berekent de formule die is vastgelegd in de koopakte en rekent het promillage uit keer het aantal dagen. Dat is onterecht, want er is veel gebeurd en Woonstichting Vooruitgang heeft veel inzet gepleegd om de Oranjebuurt succesvol te tooien.”

Door Joep Derksen

Van Buren vervolgt: “We hebben na het faillissement van de aannemer ons best gedaan om alles in goede banen te leiden en dat is voor de kopers wonderwel goed uitgepakt. We hebben nooit ontkend dat door kopers schade is geleden en we hadden zelf een bedrag qua renteschade en kosten voor tijdelijke bewoning in beeld gebracht. Met de emotionele schade wilden we ook rekening houden. Maar het bedrag dat gevorderd wordt, past niet aan een sociale woningcorporatie om dat soort bedragen te betalen. We gaan in beroep.”

Toch heeft de rechter de kant gekozen van de kopers en volgt dus ook de rekenformule van die kopers. Hoe verklaart Van Buren dat? “Ons verweer zat prima in elkaar. Het gaat erom hoe de rechter hier in eerste instantie daarover denkt. Onze advocaat is van mening dat volgens geldende jurisprudentie matiging van het bedrag op zijn plaats is. We willen best schadevergoeding betalen, maar dat moet binnen de perken blijven.”

Bedrag

Van Buren legt de visie van Vooruitgang uit: “Als het aantal werkbare dagen waarbinnen de bouw gereed moet zijn, overschreden worden, geldt een bepaalde formule zodat de koper recht heeft op een bepaald bedrag. In een normaal bouwproces, waar niets aan de hand is en de aannemer toch het aantal dagen overschrijdt, dan worden de bedragen na bijvoorbeeld 20 dagen keurig uitbetaald. Het ging hier echter om vele dagen meer: variërend van 129 tot meer dan 150 dagen. Dat levert een gigantisch bedrag op dat wij onterecht vinden.

Voor het volgende woningbouwproject zal Vooruitgang zeker de koopcontracten aanpassen, verzekert Van Buren. Hij treurt over de uitkomst van de rechtszaak: “In eerste instantie zie je vaker dat een lagere rechtbank meer kijkt naar de formele zin. Er wordt te weinig gekeken naar de verzachtende omstandigheden. Naar onze mening heeft de rechter te weinig rekening gehouden met de abnormale omstandigheden die hier geweest zijn en de inspanningen die Vooruitgang en onze directeur Steven Schrader hebben gepleegd om het Oranjebuurtverhaal overeind te houden. We zijn heel blij dat aannemer BVR dit project overgenomen heeft. Ze hebben wel de tijd genomen om de beginsituatie in kaart te brengen. De bewoners hebben een goed huis gekregen, maar dat pad is niet over rozen gegaan. Het geëiste geld staat niet in verhouding tot de geleden schade.”

Gedupeerd
Van Buren vult aan: “Wij zijn gedupeerd door de failliet gegane firma (Roos Bouw – red.). Na uitgebreid boekonderzoek leek ons het een gedegen partij. Uiteindelijk bleek dat die partij toch iets minder solide was dan verwacht. Wij zijn hierdoor ernstig gedupeerd.” En na alle inspanningen om het project te redden, willen de zeven woningeigenaren toch een uitgebreide vergoeding ontvangen. “U snapt welke gevoelens we hierover hebben: we laten het niet voor niets voorkomen. We hebben een vorstelijk aanbod gedaan, namelijk 50% van het te vorderen bedrag en daarop is nee gezegd. De Raad van Arbitrage heeft haar uitspraak gedaan en wij gaan zeker in hoger beroep.”