‘Huurverhogingen volstrekt onaanvaardbaar’

STREEK – De HuurdersBelangenVereniging Bollenstreek (HBVB) keert zich fel tegen de geplande huurverhogingen van wooncorporatie Stek. Voorzitter Yvonne Baas vindt de verhogingen tot 6,5% per jaar ‘volstrekt onaanvaardbaar’. Vorige maand trokken de beide partijen nog gezamenlijk op tegen de heffingen die het kabinet oplegt aan de corporaties. Maar nu die een feit zijn, staan Stek en de HBVB lijnrecht tegenover elkaar.

De mensen die het minst verdienen krijgen de komende jaren huurverhogingen van 4% voor de kiezen. Huishoudens met een inkomen tussen 33.614 euro en 43.000 euro moeten jaarlijks 4,5% meer aan huur betalen en degenen die meer dan 43.000 verdienen, betalen ieder jaar 6,5% meer huur. De HBVB is laaiend.

De huurverhogingen kunnen alleen doorgevoerd worden, op het moment dat Stek ook inzicht heeft in de hoogte van de inkomens. De HBVB vindt het opvragen van deze gegevens een schending van de privacy van de huurders. Baas laat verder weten: ‘Deze huurverhogingen zijn voor veel huurders op termijn niet meer te betalen. De koopkracht is de laatste jaren al flink op achteruit gegaan, zeker voor de lagere inkomens. Ook groeit de werkloosheid en de daaraan gekoppelde forse daling van het inkomen.’ Ze pleit ervoor dat Stek ‘als sociale huisvester in de streek meer naar de huurders gaat luisteren. Wij verwachten een heftige bezwaarperiode, waarin velen aan de bel zullen trekken.’ Wat de HBVB betreft, moet Stek de gestegen overheidslasten maar betalen door het vergroten van de efficiency, verlagen van de bedrijfslasten en aanpassen van de salarissen van bestuursleden. Ook zou Stek de ambities moeten bijstellen, minder externe bureaus inhuren, renovaties verminderen en meer woningen verkopen.

Namens Stek reageert communicatieadviseur Yvon Hoogervorst: ‘Stek staat ook zeker niet te springen om een huurverhoging, maar wij moeten dit doen omdat wij de overheidsheffing jaarlijks moeten ophoesten. We delen de zorg van de HBVB over de betaalbaarheid van huurwoningen op de langere termijn. Door jarenlang terughoudend te zijn geweest met het doorvoeren van huurverhogingen is Stek één van de goedkoopste corporaties in de streek. We zijn tegen de heffingen die de overheid voorschrijft. Om de heffingen (oplopend naar ruim 6 miljoen per jaar in 2017) aan de overheid te kunnen betalen, moet Stek de huren verhogen en op andere vlakken haar beleid aanpassen. Het positieve jaarresultaat van Stek is 4 miljoen; er blijft dan nog een gat van 2 miljoen op jaarbasis over. Naast de huurverhogingen moet Stek dus ook kritisch kijken naar haar beleid en keuzes maken. De HBVB is al uitgenodigd door Stek om over de aanpassingen van het beleid te praten. Daar zijn de voorstellen van Yvonne Baas meer dan welkom.’