Dé lokale en regionale nieuwssite

Als journalist schrijf ik over actuele zaken. Ook zijn ruim 80 boeken van mij gepubliceerd. Deze blog heeft al miljoenen bezoekers verwelkomd. Hier vindt u alle, ruim 26.900, gepubliceerde artikelen, verschenen in landelijke, regionale en lokale dag- en weekbladen en magazines. Mocht u onderwerpen aan de kaak willen stellen, neemt u dan contact met mij op: info@writing4u.nl. Foto's kunnen, tegen vergoeding, besteld worden via dit emailadres.

15 augustus 2014

Op zoek naar burgemeester

JOEP DERKSEN
WOUBRUGGE – Al tientallen jaren is de in Californië woonachtige Lois Klein-Donaldson haar familiegeschiedenis aan het uitpluizen. Meer dan 400 namen heeft ze inmiddels achterhaald en al  heel lang stond op haar wensenlijstje om ‘ooit’ nog eens naar Nederland te komen; het land waar haar voorvaderen vandaan  komen. Haar grootvader Teunis Pieter Kleijn (inderdaad; met een ij) was tussen 1903 en 1916 burgemeester van Woubrugge en Klein (77) werd als verrassing op het gemeentehuis verwelkomd door loco-burgemeester Henk Hoek.
Het was Klein’s dochter Lori, die de reis naar Nederland organiseerde en ook namen de dames hun kleindochters Katie en LeighAnna mee. Een bezoek aan de loco-burgemeester was eigenlijk niet gepland, maar georganiseerd door Adriaan Jeukens van Amsterdam City Apartements, waar de dames verbleven. Hij vroeg de gemeente of ze mee wilden werken aan een ontvangst van de hoogbejaarde Klein; een nazaat van de voormalige burgemeester. Hoek was graag bereid om dit te doen. ‘Als iemand op zoek is naar informatie over een burgemeester uit het verleden, dan is de gemeente de meest aangewezen plek om antwoord te geven op vragen. Ze komen van zo ver weg en voor ons is het een kleine moeite en voor hen een heel groot plezier. Ze denken voor altijd met veel genoegen terug aan Kaag en Braassem.’
In eerste instantie is Klein een beetje afwachtend, benieuwd wat er komen gaat. Hoek heet haar van harte welkom en vertelt wat over de gemeente en haar grootvader. ‘Hij trad af in 1916 en emigreerde enkele jaren later naar Amerika.’ Klein vulde aan: ‘Dat klopt; het was in 1923 en mijn vader was toen 15 jaar. Mijn grootvader was één van vijftien kinderen, waarvan er dertien op jonge leeftijd overleden.’ De dame stelde vervolgens de vraag, die haar op het hart lag: ‘Hebt u heel misschien een foto van mijn grootvader?’
Op dat moment pakte de wethouder een grote ingelijste foto van oud-burgemeester Teunis Pieter Kleijn en overhandigde deze aan de totaal verraste dame. Ze stond te trillen van blijdschap en tranen welden op in haar ogen. ‘Oh my god, it’s amazing! Mijn hart klopt in mijn keel. Heel hartelijk dank; dit betekent alles voor mij! Ik had niet durven hopen dat dit zou kunnen gebeuren.’
Klein kijkt nog eens goed naar de foto en strijkt met haar rechterhand over het portret. ‘Als kind kon ik nooit echt met mijn grootvader praten, want hij sprak geen Engels. Mijn vader vertaalde dan tussen mijn grootvader en ik. Het is jammer dat we nooit echt goed met elkaar hebben kunnen communiceren en ik had gewild dat mijn vader me Nederlands had geleerd.’ Hoek lachte en zei: ‘Het is een eer om de kleindochter van onze voormalige burgemeester van Woubrugge hier in het gemeentehuis te mogen verwelkomen!’ En met deze woorden nam het bezoek uit Amerika afscheid; de volgende halte was het oude huis in Woubrugge waar oud-burgemeester Teunis Pieter Kleijn ooit een periode gewoond heeft. Klein loopt weg en roept verheugd tegen haar dochter: ‘Dit is het absolute hoogtepunt van onze reis!’