‘Een steenkop die zijn verhaal niet vertelt’

JOEP DERKSEN

TEIJLINGEN – De plannen voor het opknappen van de ruïne van Teylingen levert gemengde reacties op van de aanwezigen. Wethouder Kees van Velzen bevestigt dat hij een man met ambities is: ‘Als je de Ruïne van Teylingen wilt behouden, moet je er niet alleen een tuintje voor leggen. Het Huys Dever is een goed voorbeeld van hoe een ruïne weer iets moois kan worden. We moeten proberen de kansen uit te nutten.’

Er zijn nu vier alternatieven, maar kan het zijn dat er een nieuw plan komt, dat een combinatie is van de huidige ideeën? Van Velzen: ‘Dat kan; aan de hand van deze inspraak en de gedane suggesties wordt een voorstel voorbereid van de richting die we eigenlijk op willen. Na het kiezen van een plan, dat ook bij andere (overheids)organisaties draagvlak heeft, zoeken we mensen die het plan willen trekken. Dat kan in de vorm van een stichting zijn.’ Zover is het nog niet, laat Van Velzen weten: ‘Ik wil vooral nu informatie ophalen en kijken waar voldoende draagvlak is om iets te realiseren.’

Inwoner Hans Zwetsloot hekelt het feit, dat het nog niet duidelijk is wat de financiële consequenties zijn van ieder plan. ‘Dit is nu het vierde bureau dat plannen maakt. Het is leuk als je ambitie hebt, maar het moet bekend zijn of de plannen überhaupt wel haalbaar zijn.’ Volgens Zwetsloot is dat bij twee plannen al niet het geval. ‘Bovendien heb je bij drie van de vier plannen problemen met het eigendomsrecht van Westerbeek.’  Hij wijst er op, dat de ontwikkeling van de ruïne niet richting Sassenheim moet gaan.

Tijdens de informatieavond werd ook bekend dat binnenkort de tweede fase van de restauratie van de huidige ringmuur begint. Peter van Riet voelt zich ook betrokken bij de ruïne. Hij laat weten: ‘Die ruïne is te veel weggestopt. Als twaalfjarige werd ik voor een duppie over het water gezet naar die ruïne toe. Daar stond ik dan, maar die ruïne zei me niets. Het is nog altijd een steenkop die zijn verhaal niet vertelt.’ Wat hem betreft, hoeft  er geen nieuw kasteel te komen: ‘Laten we gewoon aanvaarden dat we ruïnes hebben. De Ruïne van Teylingen moet geen tweede Dever worden.’