Hoe is het toch met…?
De piloot woont op een mooie locatie aan de Noordwijkse kust en een argeloze gast zou niet kunnen vermoeden wat Groeneveld’s achtergrond is. Door zijn dislectie kon de boerenzoon niet de Mulo afmaken: ‘Ik was niet zo’n gemakkelijke leerling, want lezen kostte me veel energie. Ik moest alles vier keer lezen voordat ik het begreep. Huiswerk maken was niet mijn ding. Ik ging liever het land op om te ploegen, want bij mooi ploegen creëer je een waar kunstwerk. Ploegen is het beeldhouwwerk van de boer.’
Nog altijd denkt hij met weemoed terug aan zijn vader. ‘Ik leef zelf in geleende tijd. Ik ben de zoon van iemand die overleden is aan kanker. Ik kreeg darmkanker op dezelfde leeftijd als mijn vader. Hij stierf op z’n 50ste, maar ik overleefde het wel. Het biedt mij een ander perspectief op het leven. Ik ben elke dag dankbaar dat ik leef en kijk in verwondering om me heen.’ Zijn gedachten gaan terug naar 25 september 1996; de dag dat 32 mensen overleden bij een crash van een Dakota. Een vliegtuig dat eigendom was van de door hemzelf opgezette Dutch Dakota Association.
‘Zo’n ervaring gaat nooit meer uit mijn leven. Ik zou dat ook niet willen; dat zou een ontkenning zijn van hetgeen is gebeurd. Het verdriet blijft voor alle betrokkenen, alleen het verwijt ebt weg. Ik heb alle families bezocht en als ik drie begrafenissen op één dag kon bijwonen, dan deed ik dat ook.’ De druk op hem was in die tijd enorm; er werd een justitieel onderzoek ingesteld. ‘Je moet je eigen verdriet opschorten en de organisatie overeind houden met crisismanagement. Maar de liefde en warmte die ik ontmoette in die tijd was overweldigend. Ik heb geleerd hoe mensen met verdriet omgaan en dat heeft me geestelijk rijker gemaakt.’
Op 1 januari 2010 heeft hij afscheid genomen als voorzitter van de Dutch Dakota Association, nadat deze club gefuseerd was met het Aviodrome. Bij zijn afscheid ontving hij het Erekruis van de Huisorde van Oranje. Maar nog altijd is Groeneveld heel actief in de luchtvaart. Zo is hij toegetreden tot het bestuur van twee historische luchtvaartfondsen; het Generaal Snijdersfonds en het Nationaal Luchtvaartfonds; twee instanties die beogen om mensen te belonen, waarderen of inspireren. Jaarlijks worden prijzen uitgereikt voor de meest inventieve luchtvaartideeën; dat varieert van het afschaffen van de handwaskraantjes in de vliegtuigen tot het besparen van brandstof met behulp van formatievliegen.
Maar bovenal bekommert Groeneveld zich voor het milieu. ‘Door het uitzicht vanuit de cockpit ontwikkelde ik respect voor de planeet. Wij hebben de verantwoordelijkheid voor haar. Het gooien van een droppapiertje uit de auto is bepalend voor de toekomst van onze aarde. Wij zijn niet zonder verantwoordelijkheid.’ Hij ijvert ervoor om mondiale afspraken te maken over het vliegen en de gevolgen voor het milieu. ‘Een systeem om de hoeveelheid uitlaatgassen te beperken is prima, maar dat moet dan niet alleen in Europa gebeuren, maar wereldwijd. Als alleen Europa het invoert, dan laten de maatschappijen in Rusland en het Midden-Oosten dit werelddeel links liggen. Je moet jezelf door je milieuaffectie niet weg saneren.’
Zijn grootste inspiratiebron is de generatie na hem: ‘Luister tijdig naar de studerende generatie van nu; zij kan ons leren hoe de wereld eruit gaat zien. Ik heb veel vertrouwen in de jeugd die bereid is zich voor de toekomst in te zetten.’
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home