Dé lokale en regionale nieuwssite

Als journalist schrijf ik over actuele zaken. Ook zijn ruim 80 boeken van mij gepubliceerd. Deze blog heeft al miljoenen bezoekers verwelkomd. Hier vindt u alle, ruim 26.900, gepubliceerde artikelen, verschenen in landelijke, regionale en lokale dag- en weekbladen en magazines. Mocht u onderwerpen aan de kaak willen stellen, neemt u dan contact met mij op: info@writing4u.nl. Foto's kunnen, tegen vergoeding, besteld worden via dit emailadres.

21 december 2011

‘Hoe gevaarlijk is burgemeester Langelaar voor mannen?’

LISSE – Burgemeester Corrie Langelaar was een ‘survivor’ en ‘mannenverslindster’. Woorden van deze strekking uitte burgemeester Gerrit Goedhart tijdens de speciale raadsvergadering van vrijdag 16 december. Hij sprak namens de burgemeesterskring Zuid-Holland en was vol lof over de afscheid nemende burgemeester.

Goedhart: ‘Corrie Langelaar is de langstzittende burgemeester in de Bollenstreek. Zij was een soort moederoverste voor ons en de meest vrolijke in het gezelschap. Met haar afscheid wordt het er niet vrolijker op.’ Tegenslagen kwam de burgemeester altijd te boven, soms tot schrik van haar bestuurlijke collega’s. Goedhart: ‘Ze was niet helemaal ongevaarlijk. Op haar school stond ze bekend als ‘De Wilde Corrie Langelaar’. Ze heeft hier tien wethouders overleefd, vier gemeentesecretaris versleten en ze is aan haar derde partner bezig: het zijn allemaal mannen.’

Daarom stelde Goedhart zichzelf de vraag: ‘Hoe gevaarlijk is burgemeester Langelaar voor mannen? Was ze soms een bestuurlijke mannenverslindster? Nee. Ze heeft al die mannen niet verslonden. Dat deden ze onderling. Maar ze hebben Corrie Langelaar niet klein gekregen; ze stond haar mannetje. Als ze moest incasseren, kwam ze altijd weer terug.’ Hij besloot met een kwinkslag: ‘We waren verbaasd toen Langelaar zei dat de gemeente Lisse zo snel mogelijk moest worden opgeheven en dat de bollendorpen gefuseerd moesten worden. Het is bijzonder dat de gemeente Lisse Corrie Langelaar heeft overleefd en dat is eigenlijk te danken aan de onverzettelijkheid van de gemeente Noordwijkerhout.’