Dé lokale en regionale nieuwssite

Als journalist schrijf ik over actuele zaken. Ook zijn ruim 80 boeken van mij gepubliceerd. Deze blog heeft al miljoenen bezoekers verwelkomd. Hier vindt u alle, ruim 26.900, gepubliceerde artikelen, verschenen in landelijke, regionale en lokale dag- en weekbladen en magazines. Mocht u onderwerpen aan de kaak willen stellen, neemt u dan contact met mij op: info@writing4u.nl. Foto's kunnen, tegen vergoeding, besteld worden via dit emailadres.

13 februari 2013

Gek op vrijwilligerswerk

‘Zo oefen ik mijn oude vak nog steeds uit’

NOORDWIJK – De raderen van de samenleving zouden knarsend tot stilstand komen als alle vrijwilligers zouden besluiten om te stoppen met hun activiteiten. Je ziet en hoort ze zelden; de mannen en vrouwen die ervoor zorgen dat hun club, vereniging of stichting soepel draait. In deze serie wordt iedere week een andere vrijwilliger uitgelicht, die vertelt over ‘zijn’ organisatie. Deze week: Louis van Baalen, vrijwilliger bij de torenklimcommissie, de Muze en de Woongroep 50-Plus Noordwijk.

In zijn geboortestad Utrecht zag Van Baalen (70) iedere dag de Dom; de kerktoren die boven de stad uitstak en het symbool is van tijdloosheid, historie en trots. In die plaats leerde hij ook zijn vrouw kennen en besloot hij om leraar te worden. Die carrière bracht hem in 1985 naar Noordwijk, waar hij directeur werd. ‘De een koopt op z’n 42ste een motor of neemt een nieuwe vriendin, maar ik wilde een nieuwe werkuitdaging aangaan’, lacht Van Baalen.

Het lesgeven zat hem in het bloed, nog steeds eigenlijk, maar zijn vervroegde pensioen in 2004 – na precies veertig werkjaren in het onderwijs – was onvermijdelijk. Een jaar lang heeft Van Baalen weinig meer gedaan dan fietsen, thrillers lezen en genieten, maar na die tijd realiseerde hij zich: ‘Je wilt iets zinvols blijven doen en je talenten gebruiken.’ Niet alleen meldde hij zich bij de Muze aan als vrijwilliger, ook probeerde en probeert hij met de Woongroep 50 Plus Noordwijk een woonruimte te realiseren, waar meerdere mensen bij elkaar gingen wonen. ‘Volgens het oude noaberschap in Twente; je behoudt je privacy, maar houdt elkaar toch in de gaten om te zien of alles goed gaat.’

Ook was Van Baalen vrijwel vanaf het begin betrokken bij de realisatie van het torenklimmen in de Oude Jeroenskerk. Deze kerk had vanaf het begin een grote aantrekkingskracht op Van Baalen: ‘Toen we hier kwamen wonen, keken we vanuit onze keuken naar de toren. Op monumentendag ging ik toentertijd de toren bewandelen en nam mijn verrekijker mee. Maar we mochten niet verder dan de eerste verdieping.’ Een groep mensen zette zich in om de volledige toren beschikbaar te stellen voor een beklimming en dit jaar is alweer het vijfde seizoen dat inwoners en toeristen kunnen genieten van het mooiste uitzicht van Noordwijk.

Voor Van Baalen snijdt het mes als torenklimmer van twee kanten. ‘Je wilt toch iets achterlaten; dat is bij onderwijsmensen altijd zo. In het uurtje klimmen ben je de spil waar alles om draait en je bent weer een beetje docent. Zo houd ik me ook bezig met mijn oude vak.’ Inmiddels heeft Van Baalen de 147 treden (inclusief de houten trap) al meer dan honderd keer beklommen. Tijdens het ‘veroveren’ van de toren vertelt hij de groepjes mensen mooie historische verhalen over de dorpsbrand en waarom Noordwijkers torentrekkers genoemd worden. ‘Alle verhalen zijn in de kern historisch; we vertellen de feiten en weiden daarnaast uit met mooie aspecten.’