Wethouder op zoek naar dekking voor hondenbelasting

KAAG EN BRAASSEM – Een overgrote meerderheid van de gemeenteraadsleden is voorstander van het afschaffen van de hondenbelasting. Deze antieke belasting is niet meer van deze tijd en waarom zouden eigenaren van honden wél belasting moeten betalen, terwijl katten- en paardeneigenaren dat niet hoeven doen? Paarden zorgen ook voor poep op de weg en katten doden jaarlijks miljoenen vogeltjes. De gemeenteraad besprak dit onderwerp maandag 27 juni.

Het was niet de eerste keer, dat fractievoorzitter Petra van der Wereld (SVKB) een pleidooi hield voor de afschaffing van de hondenbelasting. Maar dit keer kreeg ze wél de handen op elkaar van de overige partijen. Van der Wereld gaf aan, dat eenderde van de gemeenten er al voor heeft gekozen geen hondenbelasting te innen, waaronder Leiden, Hillegom, Teylingen, Delft en Zoeterwoude. 'Ook minister Plasterk geeft aan, dat het een onzinnige belasting is'. Een argument dat de hondenbelasting wordt gebruikt voor het weghalen van niet opgeruimde hondenpoep veegde ze van tafel: 'De 55.000 euro aan opbrengsten gaan gewoon in de algemene reserves'.

Haar woorden werden gesteund door onder meer PRO en CDA. Raadslid Marcel Doze (CDA) stelde: 'Hondenbelasting is een onzinnige belasting, dat zijn doel voorbij is gestreefd.' In de meicirculaire van de Rijksoverheid staat, dat de gemeente financiële meevallers tegemoet kan zien en wellicht is er ook goed nieuws te verwachten van de septembercirculaire. Mogelijk kan zo het verlies aan hondenbelastinginkomsten worden opgevangen.

Wethouder Henk Hoek (CDA) was niet zo enthousiast om de hondenbelasting af te schaffen. Hij liet weten, dat het gemis aan inkomsten niet uit de algemene reserves gehaald kan worden. Hierop gaf de gemeenteraad hem de opdracht om alternatieve inkomsten te vinden, danwel minder uit te geven, zodat de 55.000 euro op een andere manier naar de gemeentekas kan vloeien. De wethouder zegde dit toe.

Tekst: Joep Derksen