‘Onderhandse aanbesteding geen incident’

Lisse – Willem van Rheenen blijft de gemeente onder druk zetten. Hij roept in een email alle gemeenteraadsleden op alsnog over te gaan tot het instellen van een onderzoek wat volgens hem uiteindelijk zou moeten leiden tot het aftreden van burgemeester Corrie Langelaar.

‘De perikelen rond de onderhandse gunning van het voormalige AH-pand, waarbij Romeyn buiten de boot viel, was geen incident’, zo vertelt Van Rheenen. ‘Naar mijn mening zijn onrechtmatigheden gepleegd bij de transactie van het PPO terrein, waarbij de gemeente gebruik heeft gemaakt van onderhandse verkoop. Deze verkoop is ook onrechtmatig verlopen en aan beide zijden is niet conform de regels gehandeld, zowel bij de verkoop van het voormalige AH pand als bij het PPO terrein. Ik vind een onderzoek onvermijdelijk en concludeer dat de gemeenteraad te nonchalant omgaat met het verwerpen van mijn verzoek voor een onderzoek.’

Hij vervolgt: ‘Als de gemeenteraad niet voor 1 september besluit tot zo’n onderzoek, stel ik de voormalige Burgemeester en Wethouders prive aansprakelijk voor de claim die de heer Romeyn de gemeente heeft opgelegd, alsmede voor de mogelijke aansprakelijkheid en/of kosten die kunnen voortvloeien uit de transactie van het PPO terrein. Wettelijk gezien moest Castien de aanbesteding gewonnen hebben, maar uit een gemeentelijk schrijven van 24 november 2005 blijkt dat de aanbesteding onderhands heeft plaatsgevonden. Een schadeclaim aan de gemeente dreigt weer en als die wordt toegekend moeten wij burgers dat weer ophoesten. Dit zijn geen incidenten meer, maar de burgemeester is hiervoor verantwoordelijk. Waarom mag zij blijven als er al een aantal wethouders zijn weggestuurd?’

‘Ik vind het jammer dat de raad niet onderzoekt hoe het verder zit. Als ze dat wel doen, komen ze erachter dat ze niet correct handelen. De raad hoort ervoor te staan om het college te onderzoeken op correct handelen. De gemeenteraad is gekozen om burgers te garanderen dat zij controleren wat er afspeelt en zonodig te corrigeren. Het is naar mijn mening niet goed verlopen en als dat zo is, heeft de raad ook een probleempje. Deze raad moet dan ter verantwoording geroepen worden. En als er tijdens een openbare vergadering toch misstanden blijken te zijn, moeten de fractievoorzitters aftreden. Dit gaat niet om een kleine misstap, maar om hele hoge bedragen. Romeyn is daarin gelijk gesteld door de rechter. Dat kost een hele hoop centjes en dat ligt aan de burgemeester. Ik vind dat de burgers mogen opkomen voor hun rechten. Ik vertrouw overigens nog steeds op de gewilligheid van de raad dat ze de belangen van burgers op de eerste plaats zetten.’