Kwaliteit accommodaties laat te wensen over

LISSE – De definitieve accommodatienota is uitgesteld tot maart. Deze mededeling deed wethouder Bas Brekelmans (VVD) aan de leden van de commissie Maatschappij en Financien op woensdag 7 november. Hij presenteerde de nota integraal accommodatiebeleid voor het eerst en liet, samen met Annette Prent, adviseur van onderzoeksbureau KplusV, enkele resultaten zien.

Prent: ‘De gemeente wil inzetten op samenwerking met publieke en private partijen en daarbij meer de regierol hebben. Activiteiten worden beoordeeld of ze regionaal, gemeentebreed, wijkgericht of buurtgericht zijn en ze moeten aansluiten bij de leefbaarheid van de omgeving en de participatie van de mensen. Bij de accommodaties staat de noodzaak voorop dat zij gebruikt moeten kunnen worden voor meerdere doeleinden. Hiervoor moet het beheer en de exploitatie verbeterd worden.’

Pijnpuntje

De adviseur vervolgt: ‘De spreiding van accommodatievoorzieningen voor welzijn, cultuur en onderwijs is redelijk evenwichtig. Maar de kwaliteit van een groot aantal sportaccommodaties is niet meer op orde, zeker als je in overweging houdt dat er steeds meer aandacht komt aan de noodzaak van meer bewegen voor jeugd en ouderen. Wat betreft het geplande grote aanbod aan culturele accommodaties; daar heeft KplusV haar twijfels over het rondkrijgen van de exploitatie.’

Ze bracht nog een pijnpuntje naar voren: ‘De afgelopen jaren hebben vorige wethouders reeds een groot aantal toezeggingen gedaan om zaken te realiseren. De financiele consequenties hiervan bedragen drie miljoen euro.’ Brekelmans sprong hierop in: ‘In het kader van betrouwbaar bestuur gaan we deze toezeggingen ook volbrengen, vooropgesteld natuurlijk dat de toezegging op papier staat.’

Over het nieuwe accommodatiebeleid vertelt de wethouder: ‘De voorzieningen worden onderverdeeld in basis, wenselijk en luxe of niet-gesteunde voorzieningen. De gemeente financiert de basisvoorzieningen volledig, de wenselijke gedeeltelijk en de luxe voorzieningen krijgen geen gemeentelijke bijdragen meer. Aan de hand van een opgestelde matrix kan volkomen eerlijk bepaald worden of een vereniging in aanmerking komt voor subsidie.’ Voorbeelden van overwegingen om een gemeentelijke bijdrage te leveren zijn: de betekenis van de voorziening voor de lokale samenleving, professionaliteit van de samenwerkingspartners, mate waarin de voorziening exploitabel is en de mate van multifunctioneel gebruik.