‘Atelier niet in strijd met Wet milieubeheer’

LISSE – Het lijkt erop dat de kunstenaars mogen blijven in het pand aan de Heereweg 249. Dat is althans op te maken uit de beantwoording van de schriftelijke vragen van fractievoorzitter Cees Verburg (D66) door wethouder Bas Brekelmans (VVD). De laatste schrijft onder meer: ‘In september 2006 heeft de gemeente Camelot schriftelijk de opdracht gegeven de objecten Heereweg 245, 247 en 249 voor ons tijdelijk te beheren (antikraak bewoning). Het is juist dat deze het pand door maximaal twee bewoners zal laten bewonen.’

Over Verburgs vraag of de atelierruimte ten behoeve van de kunstenaars strijdig is met gemaakte afspraken tussen de gemeente en Camelot, schrijft Brekelmans: ‘Het huidige gebruik is niet in strijd met de afspraken tussen de gemeente en Camelot, omdat Camelot zorg draagt voor het beheer en gevolmachtigd is om bruikleenovereenkomsten aan te gaan. Op ons telefonisch verzoek is de mogelijkheid van het huisvesten van de kunstenaars onderzocht en na overeenstemming met de tijdelijke bewoonster uitgevoerd. Het gebruik als atelier is formeel wel in strijd met de huidige bestemming (bedrijven met de sub bestemming garage). Enkel het gebruik als garage is dus conform het bestemmingsplan en bewoning is enkel toegestaan ten behoeve van een dienstwoning ten gunste van het garagebedrijf. Het is echter niet ongebruikelijk tijdelijke afwijkingen van het bestemmingsplan bij te slopen gebouwen te gedogen met het oog op de wenselijkheid om illegale kraak te voorkomen.’

Over de vraag of het college het houdbaar en verantwoord acht om Yvonne Wakker nog langer in haar caravan op het Heemskerkplein te laten bivakkeren, antwoordt Brekelmans: ‘Een toercaravan is bedoeld voor tijdelijk verblijf en voldoet niet aan de eisen die de Woningwet aan een woning stelt. We achten een toercaravan niet houdbaar en aanvaardbaar als permanente huisvestingsoplossing. De kwestie is nu bestuurlijk opgepakt en er wordt gezocht naar een zo spoedig mogelijke oplossing. Wat het atelier betreft: we achten geen gevaar voor de volksgezondheid aanwezig. Het pand is gebouwd als autoshowroom met daarboven woonruimte. Voor de bouw zijn destijds vergunningen aangevraagd. In dat kader is beoordeeld of het pand aan de geldende regels voldeed, waarna de vergunningen zijn verleend.’

Naar aanleiding van de klachten van mevrouw Wakker is de voormalige autoshowroom in het pand bezocht door een bouwinspecteur. Hij heeft geen overtreding van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet kunnen waarnemen. Het pand is ook onderzocht door de milieu-inspecteur. Hij heeft geconstateerd dat de door de kunstenaars uitgevoerde activiteiten niet vallen onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer. In de woning van mevrouw Wakker kon geen geur van chemicaliën worden waargenomen. Er is bestuurlijk contact geweest met de GGD. De GGD acht het op basis van de bekende feiten niet nodig/zinvol om nader onderzoek te doen.’