Vertrouwenspersoon nog onbekend

LISSE – De heer L. Kloos, de in november vorig jaar aangestelde vertrouwenspersoon voor ISD-clienten, kampt met een gebrek aan bekendheid. Dit maakte Kloos zelf kenbaar tijdens de vergadering van de commissie Maatschappij & Financiën die op woensdag 14 maart werd gehouden.

De functie betreft vier werkuren per week. Na het eerste jaar wordt door de gemeente bekeken of Kloos’ functie nut heeft in kwalitatief en kwantitatief opzicht. Over zijn prestaties tot nu toe vertelde Kloos: ‘Het is een nieuwe job. Niemand kent me als zodanig, dus je moet in eerste instantie de functie bekend gaan maken. Ik ben gaan praten met de top van de ISD en vervolgens met een aantal ISD-consulenten. Zo hebben die mensen er een gezicht bij. Stukjes in de krant hebben bijgedragen aan mijn bekendheid, evenals een stukje op de site van Lisse. Het heeft echter nog niet geleid tot een grote stroom van klanten via het emailadres vertrouwenspersoon@lisse.nl. Misschien is het daar nog te vroeg voor, maar wellicht zal de flyer die zeer kort geleden bij het lokaal loket ligt, hieraan bijdragen. Daarnaast is het moeilijk mensen te duiden die het financieel moeilijk hebben. Zij geven niet zo gemakkelijk bloot dat ze problemen hebben en dat ze me gaan inschakelen. ’

Commissielid Marianne Entrop (VVD) wilde weten: ‘Vindt u dat u ingeschakeld zou moeten worden voordat een cliënt een bezwaar indient bij de ISD?’ Kloos: ‘Ja, ik wil al inzage krijg in de gegevens voordat de beschikking door het ISD wordt gegeven. Als je in het voortraject al kan kijken wat er achter een te nemen besluit zit, zou dat veel beter zijn in vergelijking tot de tijd die het kost bij het indienen van bezwaarschriften.’

Commissielid Joke Vermeulen (CDA): ‘Straks gaat het noodfonds in werking: kunnen mensen die daar in zitten en niet krijgen wat ze willen, dan ook een beroep op u doen?’ Wethouder Adri de Roon (D66) beantwoordde deze vraag: ‘De heer Kloos is aangesteld voor alle zaken die via het Lokaal Loket Lisse voor de burger beschikbaar zijn. Dat geldt dus ook voor het noodfonds.’