Hoe is het toch met…?
In 1966 kwam Meijerink in Noordwijk wonen, waar ze in aansluiting op haar kweekschoolopleiding bij welhaast alle scholen als invalkracht aan de slag ging. In die tijd kwam haar eerste man tragisch om bij een verkeersongeluk. Nadat ze haar huidige echtgenoot ontmoette, waarmee ze deze maand haar 40-jarig huwelijk vierde, besloot Meijerink een aantal jaren de zorg voor de drie kinderen op zich te nemen. Er was echter een schreeuwend tekort aan leraren, dus ze bleef als invalskracht actief in het onderwijs.
Gelukkig maar, zo stelt Meijerink: ‘Ik merkte dat ik geen huisvrouw was. Ik kan koken als de beste, maar stof afnemen en stofzuigen ligt me niet.’ In 1978 kreeg ze een vast contract als lerares op De Witte School. ‘Een klas is als een groot gezin. Ik hield erg van de gezellige sfeer.’ In 1985 moesten basisscholen en kleuterscholen fuseren, maar de combinatie tussen de conservatief ingestelde De Witte School en de vrije creatieve kleuterschool lag gecompliceerd. Meijerink was de ideale persoon om dit proces in goede banen te leiden. ‘Ik was een soepel mens en door mijn Montessori-opleiding was ik aanvaardbaarder.’ Haar man werd echter blind en na enkele herseninfarcten raakte hij volledig hulpbehoevend. Daarom verruilde Meijerink haar functie voor een positie als invalskracht, maar moest uiteindelijk ook deze professie opgeven. ‘Het klas draaien werd steeds moeilijker. Het is heel stressvol als er een klas zit te wachten, terwijl thuis je echtgenoot wacht op de uitvoering van de persoonlijke verzorging.’
Een zware depressie zorgde ervoor dat Meijerink bij haarzelf te rade moest gaan en op haar 63ste stopte ze volledig met werken. ‘Ik gin een maar stofzuigen, maar vond er nog altijd niets aan. Ik wilde me met zaken bemoeien en daarom ben ik begonnen met het Wmo-gebeuren. Ook ben ik voorzitter van de Raad voor Wonen, Zorg en Welzijn.’ Over de reden waarom ze deze overstap van onderwijs naar zorg maakte: ‘Het leven met een lichamelijk en geestelijk gehandicapte echtgenoot is erg moeilijk. Ik kom niet alleen op voor mijn eigen belang. Juist niet. Het gaat me om het welzijn van anderen. Het PGB (persoonsgebonden budget) moet blijven, want alleen op die manier krijgen gehandicapte mensen de kans om hun eigen leven te leiden.’ Op 9 september heeft Meijerink een gesprek met Staatssecretaris Veldhuizen van Zanten om haar te wijzen op het belang van het behouden van het PGB.
Ze denkt nog met plezier terug nar de uitreiking in 2009: ‘Mantelzorger van het jaar zijn was een leuke erkenning. De overheid moet goed beseffen dat Nederland terugvalt in een nieuwe economische crisis als alle mantelzorgers ermee zouden stoppen.’ Meijerink besluit: ‘De komende vijf jaar wil ik me blijven inzetten voor de zorgbehoevenden. Als ik dat niet heb, ga ik dood. Ik kan geen leven als huisvrouw leiden; ik wil me bemoeien met zaken die ertoe doen.’
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home