KAAG EN BRAASSEM – De
gemeente maakt ieder jaar honderdduizenden euro’s aan kosten voor het in stand
houden van het zogeheten ‘maatschappelijke vastgoed’. Dit bleek maandag 16
december tijdens een informatieavond. De jaarlijkse exploitatielasten bedragen
807.562 euro en daar tegenover staan 264.774 euro aan inkomsten door huur en
pacht.
De grootste kostenposten zijn de Stichting Beheer
Gemeentelijke Buitensportaccommodaties (240.000 euro) en de sporthal ‘De
Tweesprong’, gymzalen en zwembad in Roelofarendsveen (111.445 euro, met een
inkomstenplaatje van 25.814 euro). Andere grote kostenposten, de zogeheten
‘exploitatielasten’ zijn de sportzaal De Meerkant in Rijnsaterwoude (32.663
euro), de grond onder de sporthal ‘Hertogshal’ in Rijpwetering (52.859 euro) en
de sporthal Oudendijk te Woubrugge (46.000 euro). De inkomsten voor deze
accommodaties variëren van 741 euro tot 7.455 euro.
Een van de weinige panden waarin bij hoge exploitatielasten
toch gewerkt kan worden met meer inkomsten dan uitgaven, is sporthal ’t Spant
in Leimuiden. De jaarlijkse kosten bedragen hier 88.691 euro en de inkomsten
aan verhuur van het gebouw en pacht van de kantine bedragen 89.109 euro. De gemeenteraadsleden kregen te horen, dat de gemeente
erachter wil komen in hoeverre de inwoners in de verschillende dorpskernen van
plan zijn om al dit soort accommodaties
ook daadwerkelijk nog te gaan benutten. Hierop moet het aanbod worden
afgestemd. Maar de tijden liggen achter ons, dat het alleen maar de gemeente is
die gaat zorgen voor de binnen- en buitensportaccommodaties, de dorpshuizen,
begraafplaatsen, kinderboerderijen en peuterspeelzalen. Ook ‘andere partijen’
worden hiervoor benaderd, dus ook commerciële bedrijven. En dat betekent voor
de gebruikers van dit soort faciliteiten maar één ding: meer betalen om te
kunnen genieten van een sociaal samenzijn.
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home