Huishoudelijke hulp op de schop

LISSE – De wijze waarop de huishoudelijke hulp tegenwoordig wordt uitgevoerd, blijft voor problemen zorgen. En het lijkt er op, dat deze situatie in de toekomst niet beter gaat worden. Dat valt op te maken uit de informatie die voorzitter Berna van Amersfoort maandag 14 maart gaf tijdens de vergadering van de seniorenraad.

Op dit moment is het zo, dat mensen die vóór 2015 via de ISD huishoudelijke hulp ontvingen, dit vorig jaar ook nog mochten houden. Op dit moment zijn er allerlei rechtszaken gaande in Nederland, waarvan nog niet duidelijk is, wat de uitkomsten hier van zijn. Daarom is in deze regio besloten, dat de huishoudelijke hulpontvangers ook in 2016 gebruik kunnen maken van deze dienst. Nieuwe cliënten moeten echter voldoen aan de nieuwe regels: alleen mensen die minder dan 120% van de bijstandsnorm ontvangen, kunnen nog geld voor huishoudelijke hulp krijgen, als ze in de lichtste categorie (1) vallen. Wie meer verdient, moet dat zelf betalen.

Van Amersfoort: 'Maar mensen die net boven die 120% zitten, kunnen onmogelijk een particuliere hulp betalen. Er komen wel zwartwerkers, maar die kosten ook geld.' Van Amersfoort benadrukte, dat huishoudens met een zwaardere zorgvraag (categorieën 2 en 3), altijd hulp kunnen krijgen. Dan gaat het bijvoorbeeld om mensen met een verstandelijke beperking, psychiatrische stoornissen of problemen met opvoeden van kinderen. Later dit jaar vinden weer 'keukentafelgesprekken' plaats, waarbij medewerkers van de ISD moeten bepalen of iemand recht heeft op huishoudelijke hulp en in welke categorie die persoon dan valt. Van Amersfoort tipt: 'Laat je hierbij bijstaan door iemand en benoem alle zaken waar je mee te maken hebt. Ouderen willen vaak niet weten, dat ze bepaalde dingen niet meer kunnen. En dat noemen ze dan niet, wat weer gevolgen kan hebben voor je hulp.'