Huiverig voor teveel LHBTIQ
OEGSTGEEST – Even leek het er op, dat de gemeenteraad van Oegstgeest enorm vooruitstrevend zou zijn en mee zou gaan in de vaart der volkeren. Helaas bleek donderdagavond vrijwel het tegendeel.
Vorige maand kwamen de politieke partijen PrO en D66 met een
initiatiefvoorstel om meer steun te geven aan de LHBTIQ+-gemeenschap; iedereen
die niet uitsluitend een heteroseksuele geaardheid heeft, dus. De partijen
riepen in eerste instantie op, om Oegstgeest aan te laten sluiten bij de
zogeheten ‘Regenbooggemeenten’: dat zijn gemeenten, die actief beleid
ontwikkelen voor de acceptatie van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen,
biseksuelen, transgenders en intersekse personen. Ook was er het voorstel, om
een LHBTIQ+-kunstwerk te plaatsen. Daarnaast zou in alle beleidsdomeinen
rekening gehouden moeten worden met LHBTIQ-inclusief beleidsvoering.
Maar na een discussie tijdens een commissievergadering kwam
het PrO/D66-voorstel in de besluitvormende raadsvergadering. En bleek het
oorspronkelijke voorstel slechts een schim van wat ooit de bedoeling was. De
bovengenoemde punten werden geschrapt en vervangen door een voorstel, dat de
gemeente Oegstgeest ‘gaat onderzoeken met welke problematiek LHBTIQ+ te maken
hebben in Oegstgeest’. Van den Broek (Hart voor Oegstgeest) toonde zich hier
een hard pleitbezorger voor: “Ik was in de commissie heel erg kritisch. Daar
sloten enkele partijen zich naadloos bij aan. Ik vroeg me af of een monument
wel nodig is, omdat we al een monument hebben; de Regenboogkerk.”
Wel wordt voortaan de Regenboogvlag waarschijnlijk gehesen
op Coming Out Day en tijdens de Prideweek. Ook komen er gesprekken met scholen,
belangenorganisaties en zelfhulpgroepen om ‘knelpunten en prioriteiten vast te
stellen’. Raadslid Cremers (VVD) was ‘heel blij dat er eerst een onderzoek
gedaan wordt. We hebben niet het idee hoe groot de problematiek is, dan moet
dat aangepakt worden’.
Het was duidelijk, dat geen van de raadsleden ooit aanwezig
waren geweest bij een COC-bezoek aan een middelbare school. Dan hadden ze
kunnen zien, als de leerlingen wordt gevraagd, of ze op een veilige school
zitten. Waarbij alle kinderen de hand opsteken. Waarop de volgende vraag komt:
‘Van hoeveel kinderen weet je, of die homoseksueel of biseksueel zijn?’ Met
veel moeite komen dan één of twee namen op een school met 1.500 leerlingen.
Vervolgens komt de clou: “Veel kinderen durven niet voor hun seksuele
geaardheid uit te komen, omdat ze bang zijn voor de (pest)gevolgen. Vinden
jullie nog steeds, dat jullie op een veilige school zitten?”
Maar de raadsleden valt weinig te verwijten. Zij namen
unaniem het voorstel aan, om toch meer aandacht te geven aan de problemen waar
niet-heteroseksuelen mee worstelen. In de woorden van CDA-raadslid Van der
Hoeven: “De Regenboogvlag is in het kader van acceptatie van een groep die het
moeilijk heeft. We gaan dit beleid vredelievend omarmen. De intenties zijn
goed. Het is nodig, dat er ruimte voor is.” Wethouder Nieuwenhuis zegde toe,
dat hij met de scholen in gesprek gaat. Ook komen er precieze data, wanneer de
Regenboogvlag wordt gehesen.
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home