Resultaten alcoholmatigingsbeleid kunnen nog dertig jaar op zich laten wachten’

LISSE – De raadsinformatiebijeenkomst die maandag 24 november plaatsvond in De Gevulde mand, had maar een onderwerp: alcoholmatiging. Wellicht was het de term zelf, die een eenzijdige belichting van het onderwerp deed vermoeden, maar van de 22.000 inwoners kwamen maar 32 mensen opdagen. Onder hen bevonden zich 7 panelleden, 17 politici, enkele ambtenaren en een paar journalisten. De uitkomst van de avond? ‘Het kan nog wel dertig jaar duren voordat alcohol net zo streng wordt aangepakt als het roken van nu.’

De eerste drie kwartier werd doorgebracht met presentaties van huisarts Paul Stelder, die op de nadelige gevolgen van alcoholgebruik inging, en twee medewerkers van de GGD Hollands Midden: Aafke van Rhijn en Pel van Hattum over het invoeren van een matigingsbeleid en het inzoomen op preventie en handhaving. Voorzitter Marius Nieuwenhuis vertelde voorafgaand aan deze presentaties nog enthousiast dat zijn arts hem had geadviseerd om twee glazen rode wijn per dag te drinken, omdat dit een voorspoedig herstel van een hartoperatie zou bevorderen. Stelder ageerde hiertegen: ‘Ik heb mijn twijfels over het advies van de dokter om 2 glazen rode wijn te nemen: het is waarschijnlijk gezegd door een dokter die zelf ook regelmatig een glaasje neemt.’

Verder informeerde de huisarts: ‘De leeftijd waarop alcohol onder jeugd wordt gebruikt gaat omlaag. Dit komt mede door de beschikbaarheid van zoete zwak alcoholische dranken. 80% van de 18-jarigen heeft ervaring met alcohol. De risico’s zijn: agressie, ongevallen, seksuele ontremming en sociale overlast. Bij ouderen komt overmatig alcoholgebruik regelmatig voor in gevallen van eenzaamheid.

Van Rhijn stelde: ‘De Nederlandse jeugd drinkt het meest: jongeren zitten in uitgaansgelegenheden nogal eens achter muren van bier. 1% van de kinderen onder 12 jaar drinkt 21 glazen of meer per week. 87% drinkt niet, maar van de 16-jarigen drinkt 20% wel 21 glazen of meer per week. Stivoro (stichting tegen het roken) zegt dat ze dertig jaar bezig zijn geweest om de huidige antirookmentaliteit te bereiken. Maar de situatie met alcohol is niet helemaal vergelijkbaar. Nu wordt iemand die een sigaret opsteekt gezien als een verstoorder, terwijl het dertig jaar geleden ondenkbaar was dat je in het openbaar niet zou mogen roken. Met alcohol moet je net zo’n lange termijn in acht nemen. Sterker nog, waarschijnlijk zal dat nog langer duren.’

Van Hattum vulde aan: ‘Alcohol is een riskant genotmiddel. Ieder glas is giftig, maar je zou er je leven lang geen schade van kunnen hebben. Dat hangt samen met de hoeveelheid en het gebruik. Er zijn te weinig regels en er is te weinig handhaving. Er zijn tal van terreinen waar overheid veel minder invloed heeft, zoals bij sportverenigingen, jongerencentra, scholen en thuis. We moeten ons ook richten op preventie: ouders, opvoeders en jongeren moeten goed begrijpen dat alcohol veel en onnodig schade aanricht aan de gezondheid.’

Tijdens de pauze waagde niemand het om een biertje of een wijntje te nemen en in de discussieronde toonde iedere politicus zich een voorstander van strenger handhaven. Verschil van mening bestond echter over hoe dit het beste kon. Wethouder Adri de Roon gaf in ieder geval aan dat hij voorstander is van het invoeren van een minimumleeftijd van 18 jaar voor de verkoop van drank in supermarkten. Nieuwenhuis concludeerde: ‘Er ligt nog een lange weg voor ons. Ik hoop niet dat het die 30 jaar zal duren. Ik wil u uitnodigen om een glaasje te drinken. Dat klinkt wat tegenstrijdig, maar er is wat druivensap in wit, roze en rood alsook gerstenat beschikbaar bij de uitbater.’