Tienpuntenplan legt pijnpunten bloot

OEGSTGEEST – De besturing van de gemeente moet nog beter worden en een ‘Tienpuntenplan’ is opgezet om dit te bereiken. Zo moet de gemeenteraad beter geïnformeerd worden over allerlei onderwerpen, waaronder de financiële stnd van zaken. Ook dient de samenwerking tussen raad en college verbeterd worden, niet alleen qua communicatie, maar ook wat betreft houding en gedrag.

Het lezen van het Tienpuntenplan is eigenlijk heel schokkend. Het gaat daarbij niet zozeer om de oplossingen zelf, maar om de wetenschap dat deze oplossingen noodzakelijk zijn, omdat het in de praktijk nooit zo heeft gewerkt op het gemeentehuis. Een voorbeeld: ‘Tijdigheid van informatie aan de raad moeten onderdeel zijn van de periodieke beoordeling van het functioneren van de burgemeester.’ Blijkbaar moesten de raadsleden in het verleden hun mening geven over hoe de burgemeester haar werk deed, zonder dat die raadsleden alle benodigde informatie hadden om zich een goed oordeel te vellen.

Een ander voorbeeld betreft de ‘onderlinge omgangsvormen’. In het Tienpuntenplan wordt geadviseerd: ‘De principes zijn: kritisch op de inhoud, maar respectvol naar de persoon. Persoonlijke integriteit is daarbij het uitgangspunt. Raadsleden en collegeleden moeten elkaar onderling kunnen aanspreken op gedrag wanneer wordt afgeweken van het besturingsmodel.’ Dit soort zaken waren dus jarenlang geen gewoonte. En wat dacht u van de volgende adviezen voor een professionele financiële sturing: ‘De geldstromen moeten goed in beeld zijn, boekingsfouten mogen niet aan de orde zijn en er mogen geen achterstanden zijn. De informatie klopt gewoon altijd.’ Dat zou toch een normale gang van zaken moeten zijn, maar niet bij het gemeentebestuur van Oegstgeest, zo concludeert ook het Tienpuntenplan: ‘in de huidige situatie is dat nog geen realiteit.’ De raadswerkgroep die het Tienpuntenplan heeft opgesteld geeft het college van burgemeester en wethouders daarom de opdracht om ‘met een verbeterplan te komen om de basis van het financiële beheer op orde te krijgen.’ Ook waar het gaat om de gegevens van Servicepunt71.

Als uitsmijter geven de volgende zinnen aan, dat de afgelopen jaren niet het hoogste orgaan, de door de inwoners gekozen gemeenteraad, het voor het zeggen had, maar dat alle macht lag bij het college van burgemeester en wethouders: ‘De informatiebehoefte van de raad is leidend. Dus niet “dat wat het college wil geven’, maar “dat wat de raad vraagt”. Dit is een fundamenteel andere grondhouding, namelijk één van maximale transparantie. We moeten nu afwachten of het college en de gemeenteraad de moed, capaciteit en doorzettingsvermogen hebben om écht over te gaan tot een transparante manier van het besturen van de gemeente.