'Jagen zorgt voor meer damherten'

NOORDWIJK – Het besluit van de Provinciale Staten van Noord-Holland, om jagers toestemming te geven voor het afschieten van duizenden damherten, zorgt voor veel beroering. Zowel de Faunabescherming als de Dierenbescherming hebben aangegeven, naar de rechter te zullen stappen als de ontheffing voor het afschieten inderdaad verleend wordt.

Op dit moment leven duizenden damherten in de Amsterdamse Waterleidingduinen, dat grenst aan Noordwijk. Voor veel agrariërs en kwekers waren de damherten altijd een doorn in het oog, omdat deze dieren niet alleen de wilde planten kaalvraten, maar ook genoten van commercieel gekweekte gewassen. Sinds het plaatsen van hekken bij de Langevelderslag is dat probleem wel verminderd.

Maar damherten zorgen ook voor gevaar voor het verkeer. Dat hoeft niet opgelost te worden door het afschieten van deze dieren, zo liet Statenlid Bram van Lieren namens Partij voor de Dieren vorige week weten bij omroep BO. Hij pleitte voor het plaatsen van extra hekken, zodat de damherten niet meer de weg op kunnen gaan. Ook ageerde hij tegen de stellingname, dat de damherten alles kaal zouden vreten. Volgens Van Lieren zorgen de damherten juist voor meer biodiversiteit.

'De biodiversiteit verandert door de damherten, maar dat hoeft niet slecht te zijn. De keizersmantel, een vlinder, doet het juist heel goed door het afgrazen door de damherten. Je krijgt meer variatie in de natuur. De damheren eten planten, maar juist de algemene soorten. Ze creëren hierdoor ruimte voor zeldzame planten.'

Het Statenlid vindt het afschieten van damherten sowieso helemaal fout en werkt het averechts. 'Als er teveel damherten zijn, neemt de vruchtbaarheid van nature af en worden er minder damherten geboren. Door jagen komen er minder dieren en neemt de vruchtbaarheid toe. Als er gejaagd gaat worden, komen er dus alleen maar meer bij.'