‘Ik vind het heerlijk om bumper te kleven’
JOEP DERKSEN
LISSE – De amateurs van FC Lisse staan iedere week in de krant, of ze nou verloren of gewonnen hebben. In de zijlijn van het nieuws verrichten professionals uit de ‘kleinere’ sporten echter grootse prestaties, die vaak onderbelicht worden. Willem Kerkvliet (25) is één van de jonge talenten die als motorrijder flink aan de weg aan het timmeren is. Ondanks een jaar van pech presteerde hij het om dankzij uitstekende rondetijden zich te plaatsen voor de Dutch Superbikes: de top van het motorcircuit. ‘Ik wil altijd winnen en ken geen genade.’
Grote motorvoorbeelden van Kerkvliet zijn Keven Swantz en Valentino Rossi. ‘En dan met name om zijn geestelijke kracht; daar heb ik een voorbeeld aan genomen. Ik word niet zenuwachtig als iemand achter me zit, maar vind het heerlijk om bumper te kleven. Je dwingt zo iemand om een foutje te maken, zodat ik er voorbij kan’, aldus Kerkvliet. Het motorrijden is hem met de paplepel in gegoten; halverwege de vorige eeuw scheurde zijn opa al op een oude BSA door de woestijnen van Australië en ook zijn vader erfde de liefde voor het tweewielige stalen ros.
Kerkvliet: ‘Ik kocht op m’n 15de een brommer om aan bromfietswedstrijden mee te doen, maar kon door de scheiding van mijn ouders hier niet aan deelnemen. Daarna ben ik gaan oefenen op straat, waarbij ik inderdaad pittig door reed.’ Op z’n 18de verjaardag begon Kerkvliet met motorrijlessen en had hij zijn certificaat binnen drie dagen gehaald. Zijn eerste motoraankoop, een Suzuki GT 250, was geen succes: na een dag was die al stuk. De opvolger, een Suzuki GSXR 750W Lucky Strike replica, de motor van Kevin Swantz, was liefde op het eerste gezicht voor Kerkvliet. ‘Dat was mijn eerste echte motor voor op straat, al ben ik er in 2006 op Zandvoort ook mee op het circuit geweest. Het was een gave ervaring, al ging ik in de Renaultbocht plat en stond ik daarna in de grintbak. Dat was een waarschuwing; ik wilde mijn motor niet op het circuit stukrijden.’
Samen met zijn vader ging Kerkvliet op zoek naar een echte circuitmotor en vond die in Duitsland. De GRXR 1000 was een oud ding, die van de grond af moest worden opgebouwd, maar het was al het werk waard. Op de circuits in Assen, Zandvoort, Zolder, Francorchamps en Brno reed Kerkvliet tussen de toppers in de B-Groep. In 2009 promoveerde hij naar de A-groep, waarbij hij aan het eind van dat jaar al top-10 klasseringen scoorde. Vanwege die goede progressie en de stimulans van andere rijders, besloot Kerkvliet over te stappen naar de Nederlandse competitie; de Supercup 1000. Het was een jaar vol technische problemen, maar op 3 oktober, de laatste racedag van het jaar behaalde Kerkvliet twee tweede plaatsen op het TT Circuit Assen. Kerkvliet: ‘Toen was bekend dat ik hét talent van het jaar was en mocht ik de overstap maken naar de Dutch Superbikes.’
Hij geniet: ‘Ik rijd nu de hoogste klasse van Nederland en dat is geweldig; we zijn druk bezig met de voorbereidingen. Er moet een nieuwe motor komen, die maximaal vier jaar oud is; ik denk dan aan een Kawasaki of Yamaha, die betaalbaarder zijn en een betere motorinhoud hebben. Op die manier ben ik een grotere kanshebber. Ik heb namelijk wel een winnermentaliteit; het ellebogenwerk vind ik geweldig; dat is waar het in het racen om gaat. Ik wil altijd winnen en ken geen genade. Ik hoop volgend jaar een wildcard te bemachtigen voor het WK; dan rijd je de wedstrijden met 100.000 man publiek op de tribunes.’
1 Comments:
Hallo,nog veel succes gewenst met het uibreiden van je cariere.maar je bent al aardig op weg doe zo verder.grtz robby the biker
Een reactie posten
<< Home