Pleidooi voor grote gemeenten

JOEP DERKSEN

LISSE – Enkele tientallen mensen bezochten donderdag 16 januari het politiek café van de VVD. In restaurant De Engel (Heereweg 386) kwam niemand minder dan landelijk politieke kopstuk Loek Hermans. Hij sprak in een geanimeerde discussie met de toehoorders over onder meer zijn visie op kleine gemeenten en waarom die beter kunnen fuseren.

In de zaal zaten niet alleen VVD-ers uit de hele regio, maar ook enkele politici van andere partijen waren naar dit evenement gekomen. Hermans begon zijn speech met een algemeen verhaal over de landelijke politiek. Voor de toehoorders werd het echt interessant op het moment dat hij in zijn verhaal inzoomde op de lokale ontwikkelingen. Hij wees er op, dat het voor gemeenten van belang is om en volwaardige gesprekspartner te zijn met de grote metropolen als Amsterdam en Den Haag. Maar ook waar het gaat om overleggen met Haarlemmermeer, Leiden en zelfs Schiphol heeft een gemeente met krap 20.000 inwoners weinig in de melk te brokkelen.

Daarnaast liet Hermans weten, dat het in stand houden van de kleinere gemeenten juist slecht was voor de democratie. Deze gemeenten moeten steeds meer taken van de rijksoverheid overnemen en zijn daar niet toe in staat. Daarom vluchten ze vaak in allerlei verschillende samenwerkingsverbanden en worden nieuwe bestuursorganen opgericht. De mensen die het voor het zeggen hebben in deze bestuursorganen worden echter niet democratisch gekozen, maar aangewezen. Hermans concludeerde: ‘Wat bepaalt de lokale politicus nog met alle gemeenschappelijke regelingen? Als je een grotere gemeente bent, kun je al die gemeenschappelijke regelingen opdoeken. Zo is de invloed van de lokale politici ook groter.’

Toehoorder Theo van der Meij was het helemaal eens met Hermans, zo liet hij luid en duidelijk weten. ‘Er moet één burgemeester komen voor de hele Bollenstreek, want dan lopen die politici elkaar ook niet voor de wielen.’ Hij vond ook dat ‘iedereen in de bijstand verplicht moet gaan werken, ongeacht wat voor taken dat zijn’. Hermans kon niet zeggen dat hij het hier niet mee eens was. Wel vond Hermans de Greenport Bollenstreek een belangrijke pijler van de land- en tuinbouwexport, die van groot gewicht is voor de Nederlandse economie. Hij zei zich in z'n functie als voorzitter van Greenport Holland te zullen verzetten tegen plannen die het bollenareaal van ruim 2600 hectare aantasten.

Ondernemer en Lisses gemeenteraadslid Hans Beelen vond ook dat wat Hermans zei, hout sneed. ‘Er zijn zoveel samenwerkingsverbanden; de betekenis van de lokale invulling moet veranderen in een manier waarop die werkbaar is. Daar moeten we wat mee doen. We zijn het meest gebaat bij een gemeentelijke fusie, alleen zijn de omliggende gemeenten nog niet zover.’

Na de geanimeerde discussie nam Hermans afscheid. Hij liet weten dat hij wat eerder weg moest om die avond nog zijn 90 jaar oude moeder in Nijmegen te bezoeken. Als dank voor zijn bijdrage ontving Hermans een boeketje bloemen en een fles wijn. Fractievoorzitter Marianne Entrop (VVD) was na afloop van de avond tevreden over het verloop: ‘Er was een goede discussie en de mensen bleven best nog lang hangen. Vanavond heeft duidelijk gemaakt, dat een grotere gemeenteschaal noodzakelijk is. Waar het om draait, is dat je als inwoner adequaat geholpen wordt door je gemeente. Bovendien worden we gesterkt in onze gedachtegang. We willen het open karakter van de streek behouden en zullen alles in het werk zetten om geen volgebouwde Bollenstad te worden.’