ROELOFARENDSVEEN –
Voor veel inwoners is het niet alleen hét feest van het jaar, maar
ook de gewoonste zaak van de wereld; de jaarlijkse Oranjefeesten.
Tien dagen lang voluit feesten is dan het credo. Maar aan zo'n kermis
gaan vele maanden van voorbereidingen vooraf, door een groepje van 14
gepassioneerde mannen en hun partners. Ze doen dit jaar in, jaar uit,
vanwege hun passie voor de Oranjefeesten.
Het jongste lid van het
organiserend comité is Joris Koek (30). Zijn vader was tot 2011
voorzitter en dat was ook het eerste jaar, dat Koek zelf actief lid
werd van de organisatie
van de feestweek. De veertien bestuursleden
(allemaal mannen) hebben zich onderverdeeld over een aantal
commissies, om de verschillende onderdelen van de feestweek voor te
bereiden. Zo zijn er commissies voor bijvoorbeeld het
seniorenschuurfeest en het bloemencorso.
Koek is een actief
bestuurslid, zo heeft hij onder meer het Oranjeboekje van dit jaar
geschreven. Dat is, op het Witte Weekblad na, het best gelezen
papieren informatieblad van het dorp. En dat het een veel gevraagd
boekje is, blijkt wel tijdens het interview. Een dame loopt de winkel
van Koek, Veenerick, binnen en vraagt om een aantal exemplaren, zodat
zij deze kan uitdelen aan haar buren in de Veen. Dit soort momenten
doen Koek beseffen, wat voor groot plezier hij en de andere
feestweekvrijwilligers voor de inwoners organiseren. 'De mensen leven
er na de zomervakantie echt naar toe!'
Maar wat bezielt mensen
om, naast hun drukke leven, ook nog eens vele tientallen uren per
jaar bezig te zijn met de voorbereidingen van de feestweek, terwijl
ze tijdens die tien dagen ook nog eens van 's ochtends 07:00 uur tot
's nachts 02:00 uur actief moeten zijn? 'Omdat mijn vader ook lid was
van het Oranjecomité, ben ik er mee opgegroeid. De feestweek vieren
zit in je bloed en de kermis zorgt voor de saamhorigheid van de
gemeenschap. Er komen mensen speciaal voor naar ons dorp terug. Het
bloemencorso bijvoorbeeld; op die dag staan zo'n 15.000 mensen langs
de kant van de weg. Ik vind het bloemencorso echt een hoogtepunt. Het
is een mix tussen een bloemencorso en een caranvalsoptocht, want op
de praalwagens zitten veel lokale politieke boodschappen, met veelal
een sneer richting de politiek. Vorig jaar hadden we twaalf grote
praalwagens, muziekkorpsen en veel kleinere praalwagens; het
bloemencorso had een lengte van 4 kilometer in totaal.'
Een ander hoogtepunt van
iedere feestweek is het luchtkussenfestival; hierbij gaat de jeugd
tussen 4 en 12 jaar helemaal uit hun dak. Ook dit jaar zijn er weer
zo'n vijftien luchtkussens, met onder meer de happende haai,
stormbanen en waterbanen. Leerlingen van het Bonaventura college
helpen mee als onderdeel van hun maatschappelijke stage.
Hoe komt het, dat een
vaste groep mannen ieder jaar toch weer de verantwoording van de
feestweekorganisatie op zich neemt? Koek: 'In 2013 bestonden we 100
jaar en we hebben dat gevierd met een vijfdaags festival. Dat heeft
een nog hechtere groep van ons gemaakt en gaf de definitieve doorslag
voor ook de langstzittende leden om nog een aantal jaren er tegenaan
te gaan.' Er zitten geen vrouwen in het organisatiecomité ('Dat is
een ongeschreven regel'), maar wel ondersteunen de partners de
comitéleden van harte. Achter de schermen zijn deze dames heel
actief; ze maken onder meer attenties voor de wandelspeurtocht en
brengen de Oranjeboekjes rond. 'En ieder jaar hebben we voorafgaand
aan de feestweek een familiedag, waarbij we met ons allen bij elkaar
komen als symbool dat we tien dagen lang afscheid nemen van onze
vrouw en kinderen.'
Hoewel zijn winkel
gedurende de feestweek open blijft, zal Koek zelf tijdens de periode
niet vaak daar te zien zijn: 'Ik neem net als de overige
vrijwilligers een week vrij en dat is ook wel nodig, want je hebt
tijdens de feestweek weinig tijd voor andere zaken. Vooral die
laatste paar dagen gaat de wekker om 07:00 uur en lig je er pas om
02:00 uur in.' Over het weer maakt Koek zich geen enkele zorgen: 'Een
goede organisatie zorgt er voor, dat het goed weer wordt. In de jaren
'80 van de vorige eeuw hebben we de inmiddels overleden Jan
Wesselman, beter bekend als Jan de Strijker (een healer, JD), 100
gulden betaald, zodat hij regelt, dat het in het derde weekend van
september altijd mooi weer is', zo lacht Koek.
Maar heeft hij zelf nog
wel tijd om te genieten? 'Soms word je inderdaad een beetje geleefd.
Maar als je de lachende gezichten ziet van de jeugd en de
volwassenen, dan geniet ik ook intens. Overigens doe ik dat ook, als
we op een ochtend met veertien volwassen kerels drieduizend ballonnen
opblazen voor de ballonnenwedstrijd.' Koek besluit: 'De feestweek is
de grote verbinder van de bevolking. Het zit in de genen van mensen
die opgegroeid zijn en de mensen die hier komen wonen, worden er mee
besmet. Mensen die het dorp hebben verlaten, komen er voor terug.
Iedereen heeft voor zichzelf een vaste route, het kermisloopje,
waarbij je oude vrienden van vroeger weer ziet.'
Tekst: Joep Derksen
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home