‘De basis van ons systeem is omver gehaald’

LISSE – De verzuiling was donderdag 16 oktober helemaal terug in de gemeenteraadsvergadering. Onderwerp van discussie was of de gemeente een financiële bijdrage moest leveren aan de uitbreiding van de begraafplaats St. Agathakerk. Het CDA, SGP/ChristenUnie, Nieuw Lisse en D66 stemden voor en de PvdA en VVD waren tegen. ‘Er mag geen onderscheid gemaakt worden naar levensbeschouwing!’

In februari droeg een meerderheid van de politieke partijen het college van burgemeester en wethouders al op om een bijdrage van 32.000 euro te geven aan de St. Agathakerk voor de uitbreiding van de begraafplaats. Het college had onlangs laten weten geen uitvoering aan deze motie te willen geven, maar de wethouders kregen een raadsmeerderheid tegenover zich. Wethouder Bas Brekelmans (VVD) stelde: ‘De begraafplaats bij de Agathakerk is niet in het algemeen belang, omdat het geen algemene begraafplaats is. Bovendien kan de Agathakerk in eigen middelen voorzien door de grafrechten, dus is het niet noodzakelijk om subsidie te verstrekken.’

Gemeenteraadslid Bert van Santen (SGP/ChristenUnie): ‘Het gaat hier om een stukje redelijkheid en billijkheid en hoe dit past in het algemeen belang wat wij voor de burgers hebben.’ Fractievoorzitter Benno Kooij (CDA): ‘Wij staan onverkort achter de motie: de uitbreiding van het aantal begraafplaatsen bij de Agathakerk dient in belangrijke mate het algemene belang en de gevraagde bijdrage (50% van de kosten, zijnde 32.000 euro) is alleszins redelijk.’ Fractievoorzitter Ad van Zelst (Nieuw Lisse): ‘Je moet een discussie niet echt alleen op de letter gaan, maar op de geest waarop wij Lisse moeten besturen: het gaat om zorgplicht, algemeen belang, gelijkheidsbeginsel en billijkheid.’

Gemeenteraadslid Marianne Entrop (VVD) stelde: ‘Ik heb geen verbinding met de kerk, dus ook geen belang. Ik hoop dat anderen hier op dezelfde manier mee omgaan. Wij zijn geen voorstander van het uitvoering geven aan de motie: het dient geen algemeen belang, er is geen sprake van financiële noodzaak en er is een mogelijke precedentwerking.’ De eerste opmerking schoot Van Zelst in het verkeerde keelgat: ‘We zijn altijd allemaal iets, blank, man of vrouw.

Fractievoorzitter Hans Bet (PvdA) wond zich op: ‘In de Algemene subsidieverordening staat dat er geen onderscheid gemaakt mag worden naar levensbeschouwing. Dat is een heel belangrijk principieel punt. Als je je hier niet aan houdt, zet je de basis van beschaafd bestuur opzij. Als gemeente hebben we afgesproken dat we geen geld geven aan doelen die enkel voor één kerkelijke partij zijn. U moet dat verantwoorden, waarom u dit hele belangrijke principiële punt maar even opzij schuift. Ik wil daar verantwoording over. Kooij antwoordde hierop: ‘Ik leg verantwoording af aan onze achterban en luister naar 45% van onze burgers die kerkelijk gelieerd zijn.’ Bet repliceerde: ‘Als raadslid behartig je ook de belangen van de kleine groeperingen: die moeten beschermd worden. Ik vind het treurig dat een meerderheid van de raad vindt dat geld moet worden bijgedragen aan deze begraafplaatsen. De basis van het systeem is nou omver gehaald.’