Politiek verkeerd geïnformeerd over Hulp in de huishouding

JOEP DERKSEN

HILLEGOM – Het college van burgemeester en wethouders kreeg het donderdag 28 januari tijdens de commissievergadering flink voor de kiezen. Bij de bespreking van het onderwerp 'Algemene voorziening Hulp bij het Huishouden', bleek dat veel fracties zwaar ontevreden was over de manier waarop het collegevoorstel was opgezet. Het voorstel wordt donderdag 4 februari alleen geaccepteerd, wanneer de politieke partijen er zaken in aanpassen. Er wordt een amendement opgesteld, dat waarschijnlijk door alle partijen ondertekend wordt.

Eigenlijk had het onderwerp 'Algemene voorziening Hulp bij het Huishouden al op 1 januari van dit jaar afgehandeld moeten zijn door de politiek. Nieuwe aanvragers hadden vorig jaar al het recht niet meer om een maatwerkvoorziening aan te vragen voor de hulp in de huishouding. En het was de bedoeling dat deze maatwerkvoorziening ook voor bestaande klanten zou worden omgezet naar een algemene voorziening. Het afgelopen jaar is het aantal aanvragen voor hulp in de huishouding drastisch gedaald, zo wist wethouder Frits Roelfsema (CDA) te melden. 'De algemene voorziening geeft een geringere instroom qua klanten. Normaal zijn het er 80 tot 100.'

Maar vorig jaar vroeg en kreeg Roelfsema uitstel tot 1 mei. Elders in het land is een bezwaar ingediend tegen het besluit om 'maatwerkvoorzieningen' te veranderen in 'algemene voorzieningen' voor de hulp in het huishouden. De uitspraak van die rechtsgang kan ook gevolgen hebben voor de manier waarop de hulp in de huishouding in Hillegom en de rest van de Bollenstreek georganiseerd wordt. Maar omdat die uitspraak niet voor 1 mei verwacht wordt, vraagt het college opnieuw uitstel van de besluitvorming en nu tot 1 oktober van dit jaar.

Maar de commissieleden hebben het wel zo'n beetje gehad. Om te bepalen welke mensen nou daadwerkelijk recht hebben op een maatwerkvoorziening, moeten alle gebruikers van de Hulp in de huishouding opnieuw beoordeeld worden. Eerder had het college de raad geïnformeerd, dat deze herbeoordeling niet gebeurd was, omdat de ISD (Intergemeentelijke Sociale Dienst, JD)onvoldoende mensen had. Maar Roelfsema moest donderdag 28 januari erkennen, dat deze informatie 'niet de realiteit was'. De raad was dus verkeerd geïnformeerd.

Fractievoorzitter Van Trigt (CDA) verwoordde de gevoelens van de commissieleden: 'Het collegevoorstel is niet uit te voeren. Er moet helderheid komen voor de mensen die het betreft, maar ook voor de ISD. Als dit voorstel met een goed amendement gerepareerd kan worden, dan moeten we dat absoluut doen. De ISD moet op 1 oktober alle gesprekken voor elkaar hebben. Dan zijn we in staat om op 1 oktober te zeggen, dat op 1 januari iedereen krijgt waar hij volgens de regels recht op heeft.' Deze informatie komt in het amendement te staan, dat door de verschillende politieke partijen gezamenlijk wordt opgesteld. Dit onderwerp wordt verder besproken tijdens de gemeenteraadsvergadering van donderdag 4 februari.