Dé lokale en regionale nieuwssite

Als journalist schrijf ik over actuele zaken. Ook zijn ruim 80 boeken van mij gepubliceerd. Deze blog heeft al miljoenen bezoekers verwelkomd. Hier vindt u alle, ruim 26.900, gepubliceerde artikelen, verschenen in landelijke, regionale en lokale dag- en weekbladen en magazines. Mocht u onderwerpen aan de kaak willen stellen, neemt u dan contact met mij op: info@writing4u.nl. Foto's kunnen, tegen vergoeding, besteld worden via dit emailadres.

18 december 2016

Museum De Zwarte Tulp wordt toeristentrekker

LISSE > Op 1 januari neemt Herman Hollander de voorzittershamer over van Museum De Zwarte Tulp. Hij volgt hiermee Arie Breure op en Hollander zit vol met plannen om van het museum een publiekstrekker van jewelste te maken. Met de komst van Panorama Tulipland, een doorlopende expositie van de bollenschilder Koster én een jaarrond bloemententoonstelling moeten vele tienduizenden bezoekers per jaar naar het centrum van Lisse komen.

Voorafgaand aan het interview haast Hollander (61) zich te zeggen, dat het Museum De Zwarte Tulp alleen een bezoekerssucces kan worden dankzij het team aan vrijwilligers, dat zich er voor inzet. ,,Maar er moet wel iemand zijn die het motortje is.'' Hij ontvouwt zijn plannen en laat weten, dat hij verwacht om nog dit jaar een overeenkomst te sluiten met de vier eigenaren van het vermaarde Panorama Tulipland, dat al jaren in kisten is opgeslagen.

Dat panoramaschilderwerk, gecreëerd door Leo van den Ende, moet komen in een aanbouw of mogelijk zelfs opbouw van het museum. ,,Dat paard waaraan we trekken, is niet meer zo dood als het geweest is. Zowel de gemeente als andere (horeca)partijen zien dit als een welkome aanvulling op het aanbod. In Lisse praten we al dertig jaar over de miljoenen toeristen die niet naar Lisse komen, maar wel naar de Keukenhof gaan. Als we het panorama hier krijgen, kunnen we tienduizenden bezoekers per jaar verwelkomen.'' Het bestemmingsplan moet dan wel veranderd worden, maar Hollander heeft er alle vertrouwen in, dat dit gaat lukken: ''We kunnen naast het museum bouwen of de lucht in gaan. Waar een wil is, is een weg en het wordt geven en nemen; ook met de buren. We gaan er niet van uit dat je iets voor niks krijgt.'' Van den Ende heeft al laten weten, dat hij weer 'live' wil schilderen. Maar ook gaat Hollander op zoek naar andere schilders, die in de toekomst 'en plein public' nieuwe kunstwerken realiseert.

Op dit moment verwelkomt het museum een kleine 9.000 bezoekers per jaar. Dat moet de komende jaren vermeervoudigen. Hoe wil Hollander dat verder doen? ,,Het primaire doel is het in stand houden van het museum en het beheren van een unieke collectie materialen en bollenkunst. Maar we trekken de medioren en junioren hier niet meer mee.'' Daarom wil Hollander ook een wintertuin creëren, waar bloemenshows georganiseerd worden. De vermaarde Kerstflora, zoals die jarenlang in Hillegom plaatsvonden, kunnen hiermee een comeback maken. Hollander ziet het al voor zich: ,,De tulpenshows en pioenenshows gaan zeker mensen trekken.''

Ook zijn er plannen om een 'Anton L. Koster museum te ontwikkelen, waarbij al zijn 140 schilderijen met bollenvelden te zien zijn. ,,Koster is de Rembrandt van de bollenschilders'', bewierookt Hollander hem. Maar wordt Museum De Zwarte Tulp met al die publiekstrekkers niet het vijfde wiel aan de wagen?Dat mensen een kaartje kopen voor de andere attracties en hierbij zo snel mogelijk door het museum banjeren om het 'echt leuke' te ervaren. ,,Nee. Het museum is het doel; we maken iedere keer een mooie verzameling van bollenmaterialen. Ik denk niet, dat het museum het kind van de rekening wordt.''

Hollander geeft zichzelf vijf jaar de tijd om het Panorama Tulipland, het Kostermuseum en de bloemenshows te realiseren. Het is een heel leuke uitdaging om hier de komende jaren de lijn voort te zetten, die al in gang gezet is. Het jaar 2020 is het jaar van de tulp: het zou prachtig zijn als we hier dan een tentoonstelling zouden hebben van Van Gogh, Monet en Franse expressionisten, die ooit iets van de Bollenstreek hebben geschilderd.''


Joep Derksen