Duurzaam wachten voor een verkeerslicht
Joep Derksen
interviewt deze weken inwoners van Kaag en Braassem, die zich op de
een of andere manier inzetten om hun omgeving een stukje duurzamer te
maken. En zo dus meewerken aan een betere wereld. Deze week: deel 7;
inspirator, innovator en vrijdenker Willem Zandvliet, die gezorgd
heeft voor een duurzaamheidsgolf in verkeerslichten en tunnels.
Zandvliet
is energiecoördinator van Rijkswaterstaat. Al in 1998 stond hij aan
de basis van een onderzoek naar led-lampen in verkeerslichten. ,,Het
rendement van verlichting was 1%; er ging 100 watt in en er kwam maar
1 watt aan licht uit'', licht Zandvliet toe. Daar viel dus veel te
winnen op het gebied van duurzaamheid. Met led-lampen zouden de
verkeerslichten (of, zoals veel mensen zeggen: stoplichten) een tien
keer zo hoog rendement hebben.
De idee groeide, om één
uniforme standaard te krijgen voor de te gebruiken verlichting in de
apparaten, die zorgen voor regulering van het verkeer. ,,Ik heb de
vijf grootste fabrikanten van verkeerslichten gevraagd om mee te
denken. Het grootste probleem was de uitwisselbaarheid van de
verkeerslichten; die was er op dat moment niet. Als eerste in de
wereld hebben we verkeerslichten laten aansluiten op 42 volt, in
plaats van 230 volt, dat tot dan toe de standaard was. Het is
zuiniger in energie en ook nog veiliger voor de mensen, die de
apparatuur aansluiten.''
Scheepsverlichting
Als eerste werden de
verkeerslichten voor de scheepvaart standaard uitgerust met
ledlampen. Dat leverde niet alleen energiewinst op, maar ook
bespaarde het enorm in de onderhoudskosten. ,,Verkeerslichten op het
water zijn moeilijk te vervangen; de levensduur van de ledlamp is 20
jaar. Dan hoef je al die tijd niet met een bootje er heen om het
lampje te vervangen. Je verdient het heel snel terug.'' Inmiddels is
dit type verlichting voor de scheepvaartlichten een wereldstandaard
geworden.
Zandvliet toont een grote
bak met lampen er in. Dit ontwerp stond aan de basis voor een
revolutionaire manier van het verlichten van tunnels en snelwegen.
,,In tunnels branden de lampen dag en nacht; daar verdien je het het
snelste terug. We hebben de wereld afgezocht naar een goede
tunnellamp. Die was er niet. Wij dachten, dat het wel kon.'' Zo
kwamen de techneuten van Rijkswaterstaat op de idee om led-lampen te
plaatsen in één rij, met steeds 30 centimeter er tussen. ,,Zo krijg
je een mooie en regelmatige lijnverlichting en worden automobilisten
niet geconfronteerd met slagschaduw. Hierdoor kun je ook naar een
lager lichtniveau van de ledlampjes en dat scheelt weer energie.''
De tunnelledjes werd in
2009 als eerste geplaatst in de Vlakertunnel in Zeeland. Deze
volledig met ledverlichting uitgeruste tunnel was een twee miljoen
euro kostend experiment, waarbij Zandvliet het risico nam, dat hij
ontslagen zou worden. ,,Mijn directeur zei, dat als zijn kop op het
hakblok zou komen te liggen, ik er ook uit zou gaan.'' Maar het
experiment slaagde probleemloos. Tegenwoordig is ongeveer een derde
van alle Nederlandse tunnels met ledverlichting verlicht. De oude
lampen worden namelijk pas vervangen op het moment dat dit past in
het onderhoudsschema. Zo wordt kapitaalvernietiging voorkomen.
Vleermuizen
Maar slimme verlichting
kan ook op andere terreinen toegepast worden. Zandvliet sprak jaren
geleden een ecoloog, die hem vroeg wegverlichting te bedenken, die
vleermuizen niet belemmert in hun vliegpatroon. Zandvliet liet een
aantal lampen in verschillende kleuren maken. Met een batdetector
werd vervolgens de vliegpatronen van de vleermuizen in de gaten
gehouden. Zo werd duidelijk, dat de vleermuizen reageren op blauw
licht. Met die wetenschap is het nu mogelijk, om vliegveilige routes
voor vleermuizen te realiseren.
Uiteraard heeft Zandvliet
ook zonnepanelen op zijn dak, al hebben die panelen volgens hem ook
een nadelig effect: ,,Het energiegebruik in huis interesseert je niet
meer. Ik wek 4000 kilowatt per uur op en gebruik 3.000 kwu; ik zet al
mijn lichten aan. Het maakt toch niet uit wat ik verbruik. Dat heet
het rebound effect.'' Hij tipt voor mensen, die nog geen zonnepanelen
hebben: ,,Het allereerste wat je moet doen, is doelmatig met energie
omgaan.'' Dat reboundeffect zal ook gevolgen hebben voor andere
duurzaamheidsontwikkelingen. Als auto's op zonnecellen gaan rijden,
waardoor die vervoermiddelen geen CO2-uitstoot meer hebben, zullen
mensen de auto vaker gebruiken. Bijvoorbeeld om even op en neer naar
Parijs te rijden.
Slim
Met één ding moeten
politici en beleidsmakers in ieder geval rekening houden, zo
waarschuwt Zandvliet: ,,Duurzaamheid moet ook zorgen voor meer
welzijn. Het moet geen gevecht zijn, maar mensen moeten naar betere
duurzaamheid toe willen.'' En wat wil Zandvliet de komende vijf jaar
nog realiseren? ,,Volledig slimme verlichting. Het zwarte asfalt, dat
we nu hebben, reflecteert het licht dat recht van boven komt. Het is
zinloos om het asfalt een beetje te verwarmen. Een intelligente lamp
focust zich, op wat in zijn zichtveld komt. Als je lichtbron goed is,
kun je deze beter op de mensen afstemmen. In de landbouw gebruiken ze
verlichting voor betere groei en ontwikkeling van de planten; waarom
doen we dat niet voor de mensen?! Daar ga ik me de komende jaren mee
bezig houden.''
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home