‘Ik ben blijven hangen’
NOORDWIJK – De raderen van de samenleving zouden knarsend tot stilstand komen als alle vrijwilligers zouden besluiten om te stoppen met hun activiteiten. Je ziet en hoort ze zelden; de mannen en vrouwen die ervoor zorgen dat hun club, vereniging of stichting soepel draait. In deze serie wordt iedere week een andere vrijwilliger uitgelicht, die vertelt over ‘zijn’ organisatie. Deze week: Anton Kors, voorzitter van het Genootschap “Oud Noordwijk” met Museum Noordwijk en Streekmuseum Veldzicht.
Het eerste vrijwilligerswerk van Kors (62) voerde hij uit in 1968; op de planken en in het bestuur van een Amsterdamse toneelvereniging. In 1985 vond hij een huis in Noordwijk en zette zich ook hier in voor de samenleving. ‘Ik werd lid van de Raad van Elf van de carnavalsvereniging. In die tijd zat ik in een scheiding en werd ik mee getornd naar allerlei activiteiten. Het begeleiden van het prinsenpaar was onze belangrijkste taak, maar na afloop mocht je je heerlijk misdragen. Na drie jaar ben ik hier mee opgehouden; het gebeuren werd zo’n beetje hetzelfde als de voorgaande jaren en dat hoefde voor mij niet.’
Kors richtte zich op het bridgen, maar na een dispuut besloot hij om een eigen bridgeclub, ‘Noordwijkse Bridge Vereniging De Dummie’, op te richten. Op het hoogtepunt waren hier 140 mensen lid van en over dit succes informeert Kors: ‘Je gaat mensen werven en bridgecursussen geven. Vervolgens blijven ze hangen in de vereniging.’ Uit principe bleef Kors maar een aantal jaren voorzitter: ‘Je moet op een gegeven moment het stokje overdragen, anders word jij de club.’
Stil zitten op het vrijwilligersvlak deed Kors geenszins; hij werd lid van het bestuur van de Stichting Dorpshuizen en hielp mee met de exploitatie van De Muze. Na een fundimenteel verschil van inzicht met het toenmalige college van burgemeester en wethouders deed Kors het een jaartje rustiger aan met het vrijwilligerswerk, maar in 2007 werd hij gevraagd een automatiseringsprobleem op te lossen bij Museum Noordwijk. ‘Het was hier gezellig en ik ben blijven hangen. Na een korte bestuurloze periode bij het genootschap werd ik interim voorzitter. In eerste instantie tijdelijk, maar nu dus al weer zo’n vier jaar.’
Als voorzitter zette hij een nieuwe koers in voor het museum; hij bracht rust bij de 120 vrijwilligers en coördineerde het Genootschap “Oud Noordwijk” met haar 2.300 leden. ‘We zijn hiermee een van de grootste historische verenigingen van Nederland. Voor het vriendelijke dorpsmuseum hebben we de ambities van het Rijksmuseum; we willen een goed product neerzetten. We willen de wisselende exposities van het museum naar een hoger niveau brengen en trokken in 2011 meer dan 10.000 bezoekers bij een expositie over Charlotte van Pallandt. Ik vind het alleen jammer dat maar weinig Noordwijkers naar het museum komen. Als je lid bent van het genootschap, mag je nog gratis naar binnen ook.’
Over de reden waarom hij al het vrijwilligerswerk doet, informeert Kors: ‘Ik doe het niet alleen en ben niet belangrijker dan de rest, alleen de woordvoerder. Ik kan alleen mijn werk doen, als anderen meedenken en meedoen.’
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home