NOORDWIJK – Dankzij Leander Cramer en vijf andere reisgenoten zullen de inwoners van het dorpje Weeleo op het Indonesische eiland Sumba een compleet nieuw leven krijgen. Tot nu toe waren deze mensen altijd verstoken van enige vorm van energie, maar daar gaat op korte termijn verandering in komen. Cramer bezocht namens Hivos het dorpje, sliep er enkele dagen tussen de lokale bevolking en haalde dankzij vele Nederlandse donateurs ruim 1.000 euro op. Van dat geld wordt een biogasinstallatie gebouwd, zodat een huis met 12 gezinsleden voortaan kan koken zonder de hele dag in de blauwe walm te staan.
Dinsdag 26 juni keerde Cramer na twee weken terug van zijn reis, die vol was met bijzondere belevenissen. ‘Het traditionele dorpje lag op een berg en we moesten twintig minuten lopen om daar te komen. We werden als koningen onthaald met tromgeroffel en werden in traditionele kledij gestoken.’ Na de feestelijkheden keerde de rust in het dorp al snel terug, want rond 18:00 uur is het er pikkedonker en zonder elektriciteit kunnen de mensen geen hand voor de ogen zien. Alleen enkele petroleumlampjes zorgden voor de hoogstnoodzakelijk belichting.
De volgende dag werd Cramer al om 05:00 uur gewekt om twee uur lang te ‘socialisen’. Hij vertelt: ‘De rest van de dag werkten de vrouwen om water te halen en het eten voor te bereiden. De mannen deden weinig meer dan werken op de rijstvelden of onkruid wieden in de tuin. Dat deden ze met z’n vijven op vier m2. Daarnaast aten ze de hele dag bitonnoten, die vergelijkbaar zijn met softdrugs.’
Als eerbetoon aan het dorp had het buitenlandse gezelschap een levend varken meegenomen. Dit tot grote vreugde van de dorpelingen. Het einde van het dier was pijnlijk, zo denkt Cramer met schrik terug. ‘Hij werd met een speer doorboord en als je dat beest hoort gillen, gaat dat door merg en been. Ze deden het op een manier dat het lijden veel langer duurde; zij zagen het varken namelijk als prooi.’ Cramer maakte de dorpelingen ook deelgenoot van de Hollandse keuken. ‘Hutspot: het was het lekkerste eten van al die twee weken.’
Na de afscheidsneus (de Indonesische vorm van zoenen) bracht Cramer drie dagen door in een dorp waar de inwoners dankzij een pas aangelegde waterkrachtcentrale kunnen genieten van elektriciteit. Cramer: ‘Ze moeten ook betalen voor de elektriciteit, maar kunnen dat doen omdat ze ’s avonds licht hebben om mandjes te kunnen vlechten.’ Hij geeft toe: ‘Een keerzijde hiervan is, dat de samenleving individualistischer wordt. Zo had een inwoner een radio opgepikt en kregen we Westerse muziek te horen. De traditie wordt wel een beetje kapot gemaakt. Maar de inwoners zeggen zelf dat ze hun traditie niet zo waardevol vinden; ze willen niet achterblijven in de vaart der volkeren en een beter leven hebben.’
Maar is het dan niet zonde om bij te dragen aan de teloorgang van de traditionele cultuur van een dorp? Cramer vindt van niet: ‘Uiteindelijk willen deze mensen energie en het maakt hun niet uit of die energie wel of niet milieuvriendelijk wordt opgewekt. Ze kunnen er ook een kolencentrale neerzetten. Dan heb ik liever dat de energie duurzaam wordt opgewekt. Ik vind het een goed streven van Hivos om het eiland Sumba 100% duurzaam te maken.’ Hij herinnert zich lachend: ‘Ik vond het wel opvallend dat de dorpshoofden al wel een mobieltje hadden.’
Cramer genoot van iedere minuut. ‘Dit was een superunieke gelegenheid en met de andere teamleden heb ik een band voor het leven. Tijdens de reis merk je dat je leeft. Hier in Nederland is alles vanzelfsprekend, maar op Sumba moet je veel moeite doen om aan water te komen of van het afval af te komen. We zijn hier in Nederland zo verschrikkelijk rijk en daar staan we niet genoeg bij stil.’
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home